Voor het geval, dat een centraalpost wordt gebruikt, is niet alleen
elke willekeurige aansluiting tusschen twee posten mogelijk, maar
ook meerdere aansluitingen tegelijk. Het storen van gesprekken
komt niet voor en de kans voor het wachten op een aansluiting
is tot een minimum beperkt. Voor de posten is geen telefoon
discipline noodig.
Mocht het geval zich voordoen, dat alle posten ter zelfder tijd
op de hoogte moeten komen van een bericht, dan moet op zeer
eenvoudige wijze de doorverbinding voor alle posten tot stand
kunnen worden gebracht. Duidelijk is het dus, dat geen onnoodige
stroomsplitsing en -verzwakking plaajs zullen vinden bij toepassing
van een centraalpost.
3. Ten aanzien van vernielingen van de lijnen door voorwaarts
rukkende eigen troepen, dan wel door vijandelijke patrouilles, staat
het net veel minder bloot dan in het andere geval, daar de alge-
meene richting van het tracé ongeveer loodrecht staat op de lijn
van verdediging, dus ongeveer evenwijdig met de troepenbeweging,
terwijl voor het andere geval juist het omgekeerde valt op te merken.
4. Heeft er een storing in de lijn plaats, dan zal alleen de
toestel, waarin de gebrekkige lijn uitmondt, uitgesloten zijn. In het
andere geval worden echter ook alle eventueel verder gelegen
toestellen geïsoleerd.
Herstellingen aan de lijn o.a. kunnen veel gemakkelijker en spoe
diger van uit een centraal punt gebeuren.
5. Men heeft een beter overzicht over de lijnen van uit een cen
traal punt, terwijl ook de bewaking gemakkelijker en dus intensie
ver zal zijn. Ook zullen, in verband met het onder punt 1 vermelde,
de inspectiën grondiger zijn uit te voeren.
6. Bij gebruik van een centraalpost zullen door vijandelijke pa
trouilles alleen de gesprekken uitgehoord kunnen worden tusschen
den toestel, aan welks lijn contact is gemaakt, met een anderen
aangesloten toestel. In het andere geval kunnen echter alle gesprek
ken worden uitgehoord.
Naar de wijze van doorverbinding der aangeslotenen van het te
lefoonnet, onderscheidt men:
I. Het magneto-systeem, het oudste systeem, waarbij elke aan
geslotene een gewoon telefoontoestel bezit, en dus de microfoon-
toestel bezit, en dus de microfoonbatterij bij zich heeft.
Het centraalbureau wordt met den inductor (magneet) opgeroepen.
II. Het cenlraalbatterijsysteem, waarbij de microfoonbatterij op
het centraalbureau is opgesteld en van welke batterij mede wordt
930