krachtinspanning vergde, een tocht onder de meest ongunstige omstandigheden. Geen wonder, dat een Duitscher generaal Northey betitelde als „der tüchtigste der Generale, die gegen VON lettow ins Feld gestellt wurden". Als de literatuur beter gaat vloeien, zal van Northey's actie veel te leeren zijn. Kapitein von Falkenstein moest dus voor de Engelschen wijken; Lawiwa hield echter langer stand tegen de Fife-colonne. Deze colonne omsingelde Lawiwa en wierp er loopgraven om heen tot op 170 yards van de Duitsche stelling. Niettegenstaande dezen toestand konden de Duitschers den 8sten Mei er toch nog door heen breken en in de richting van Langenburg terugtrekken. Fal kenstein beproefde Langenburg nog te verdedigen, maar 's vijands overmacht was te groot; hij werd uit zijn stellingen gemanoeuvreerd; de stad werd zonder strijd verlaten. Te Langenburg werd het Engelsche hoofdkwartier gevestigd; de stad was gelegen op een kruispunt van wegenwestelijk een goede weg naar Bismarckburg, zuidelijk naar Karonga, oostelijk naar het Livingstonegebergte, noordelijk naar Iringa. Langenburg was voor de verpleging voor de Duitschers een groot verlies. Op den weg van Langenburg naar Bismarckburg (hemelsbreedte ruim 300 K. M.) was een cordon van posten en patrouilles opgesteld. Einde Juni 1916 was Northey gereed om verder op te rukken naar het noordoosten, met het doel om Iringa te bezetten en verbinding te zoeken met het leger van Smuts. In verband met dezen ver deren opmarsch werd Luit.-Kolonel Murray uit de omgeving van bet Tanganjika Meer aangetrokken voor eene actie van uit hetLi- vingstone-gebergtelater is Northey van voornemen veranderd en liet hij de Rhodesische colonne deelnemen aan den opmarsch tegen Iringa. De postcommandant van Iringa, kapitein Styx, die de situatie van Falkenstein zag, snelde met zijne kleine macht te hulp, doch werd den 20sten Juni in een gevecht verwond en bij het zendings station Kidugala gevangen genomen. Lettow-Vorbeck evenwel zond versterking. Van uit Dodoma werd Kapitein Braunschweig met drie compagnieën over Iringa naar Falkenstein gezonden, benevens 100 man van de bemanning der „Königsberg" (uit Dares Salaro) en een houwitser. Braunsch weig beschikte derhalve over 5 compagnieën (w. o. de twee com pagnieën van Falkfnstfin) en de 100 man. Den 9den Juli arriveerde de colonne - Northey te Buhora, alwaar zich de twee wegen vereenigen, die van Langenburg resp. over 1207

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1920 | | pagina 121