van door Brits uitgezonden patrouilles, waar de 3de divisie zich
bevond. Nussey sloot zich daarop bij Brits aan.
Gaan wij thans den opmarsch na van de 1ste divisie. De brigade
Hannyngton zette den opmarsch naar het zuiden in en arriveerde
den 29sten Augustus 1916 na een achterhoedegevecht met Stem-
MERMANN te Pugu.
Onderwijl was ook de brigade Sheppard opgemarcheerd met
den divisiestaf bij zich. Deze brigade stond den 29sten op het
knooppunt Kikundi. De opmarsch dezer beide brigades had met
moeilijkheden te kampen, daar de Duitschers vinnige achterhoede
gevechten leverden achter de riviertjes, waarvan de overgangs
middelen waren vernield. Zoodoende schoot de tocht langs den
westrand van het Uluguru-gebergte zeer weinig op, zoodat eerst
den 9sten September de voorste afdeelingen voor de Dutumi-rivier
kwamen te staan.
Na de nederlagen der beide Engelsche colonnes voor Kissaki
vestigde Lettow zijn aandacht op den westelijken Uluguru-weg,
waar Stemmermann na zware gevechten en marschen den 9den
het dorp Dutumi had bereikt. De toestand was aldaar wegens
uitputting van de menschen en gebrek aan transportmiddelen niet
rooskleurig. In verband daarmede liet Lettow Kapitein Otto met
vijf compagnieën te Kissaki achter en marcheerde zelf met de
hoofdmacht naar Dutumi. Reeds in den nacht van zijn aankomst
te Dutumi ging hij tot den aanval op 's vijands linkervleugel over;
Hannyngton was voor de Dutumi met zijn brigade aangekomen.
Deze aanval werd uitgevoerd door Kapitein Schulz, doch had
niet de gewenschte verrassende uitwerking door de zeer zware
begroeiing.
De strijd bij Dutumi duurde drie volle dagen en speelde zich
hoofdzakelijk af op den Engelschen rechtervleugel, daar Generaal
Hoskins den Duitschen linkervleugel wilde omtrekken. Het gevecht
bleef echter beperkt tot een over en weer aanvallen op eenige
benoorden den weg Dutumi-Kissaki gelegen heuvels. Heftige
tegenaanvallen waren het antwoord op de Engelsche omtrekkings-
pogingen. Alras bleek dit laatste ondoenlijk, mede door het zware
terrein en de onmogelijkheid van artillerie-ondersteuning.
Lettow begreep weldra, dat een voor hem gunstige beslissing
niet meer mogelijk was en dat zijn terugtochtslijn van nu af niet
meer over Kissaki voerde, maar naar Kinderengwa-Beho-beho en
de Rufidji, voorts dat de vijand dien terugtochtsweg zou kunnen
1219
1. M. T. 79. 1921.