vijandelijke verbindingen te mogen ageeren. Lettow stond die toe.
Müller omtrok Mahua en overviel den 30sten April de etappepost
Kanene, welke post in zijn handen viel, daarnevens veel buit en vivres.
Kapt. Koehl, die ter beveiliging van Nanungu in Medo en Namuno
gelaten was werd in de eerste weken van April 1918 door sterke
Engelsche afdeelingen aangevallen en moest iangzamerhand erug;
Na nog achtereenvolgens de gevechten bij Nkijire (17 April e
Barama (25 April en 7 Mei) te hebben geleverd, arriveerde hij
Nanungu.
Nanungu werd door den vijand zeer bedreigd en zoo kwam het
ten slotte den 5den Mei 1918 tot een zwaar gevecht bij den Kireka-
berg (Mopelia), kort bij Nanungu gelegen.
Kapt. Schulz werd met een afdeeling naar den Kirek^ J
gezonden; Lettow bleef met de rest op den wegNanungu-Mahua.
's Morgens om 11 uur werd SCHULZ, die een compagnie versterking
had crekregen, door een tirailleurlinie aangevallen. De vijand kwam
onder het vuur van mitrailleurs en moest een omtrekking doorstaan
op zijn rechtervleugel, waardoor hij gedwongen werd om terug
16 De"1 Duitschers stormden na, doch kwamen voor 's vijands oor
spronkelijke verschansingen, waartegen een frontaanval te veel
veXzen zoude veroorzaken. Vriend en vijand stonden tegenover
elkaar, doch konden elkander niet baas worden. Zoo bleef de toe
stand tot de duisternis intrad.
LETTOW herstelde de orde in zijn troepen en verzamelde eemge
onderdeelen meer achter de stelling om ze daar ter beschikking
te houden.
Plotseling kreeg hij het bericht, dat vijand gesignaleerd was op
den weg Mahua Nanungu meer zuidwestelijk. Begrijpelijkerwijze
rekende hij op groote sterkte bij deze vijandelijke afdeeling, omdat zij
zoo zelfstandig optrad en hij vreesde nu voor zijn vivres, munitie,
^Het bericht bleek onjuist te zijn geweest. Kapt. Müller, die het
schieten achter zich had gehoord, had zijn stellingen verlaten om
mede te kunnen ingrijpen.
Bij het aanbreken van den dag kwam hij op het geve^tsterrem
en toen bleek, dat de vijand zijn positie had veriaten. De Eng -
schen waren 4 comp. sterk (1000 man), aan Duitsche zijde hadden
aan het gevecht deelgenomen 62 Eur. en 340 Askan s. Het begrip
compagnie" beteekende bij de „Schutztruppen" niet meer een
eenheid van 150 tot 2C0 man; de organisatie was in stand gebleven,
1244
