dagen. De colonne zette haar tocht voort en overschreed den 4den September bij Mtatere de Lurio-rivier. De Schutztruppen hadden thans drie weken zonder rust gemarcheerd door het bosch en hadden daarbij een reeks van min of zware gevechten geleverd. Lettow begaf zich naar de vruchtbare omgeving, van Mpuera. Den 5den September werd rustdag gehouden en den 6den Sep tember de marsch voortgezet naar het noorden na uit Mpuera de vivres weer te hebben aangevuld, mede uit het magazijntje bij Mtatere, dat veroverd was. Den 6den September ging het dus voort. Lettow marcheerde in volle gevechtsorde, omdat hij er verzekerd van was, dat hij op vijand moest stooten. Dit gebeurde ook bij den berg Halua. Kapt. Müller kwam in contact met de achterhoede eener vijandelijke colonne en greep die onmiddellijk aan. Zij werd gevormd door het 2de bataljon K. A. R 's. Het werd overhoop geworpen, veldhospitaal en een draag- diercolonne (ezels) gevangen. Müller werd zoowel rechts als links gesteund tegen de verdere troepen. De Engelschen ontwikkelden nog twee bataljons K. A. R 's en ten slotte bleek, dat zij over nog meer troepen beschikten. Onderwijl had Lettow 's achterhoede (Koehl) doorloopend gevech ten gehad met den vijand en was ten slotte opgesloten. Eerst wilde Lettow alles op één kaart zetten en den vijand aangrijpen, maar den lsten September 1918 beschikte hij slechts over 176 Europeanen en 1487 Askari 's en het gevecht van den 6den September had hem wederom eenige officieren gekost, w. o. Kapt. Goering, die zwaar in de borst gewond was, zoodat Lettow besloot om in den nacht door te marcheeren naar het noordwesten. De Duitsche verliezen waren 6 Askari's gedood, 13 Duitschers en 49 Askari 's gewond, 3 Duitschers en 13 Askari 's vermist en 3 Askari's gevangen genomen. De marsch ging door het bosch, alwaar bivak betrokken werd. Behalve, dat de colonne-KOEHL nog eenige ontmoetingen met een bataljon K. A. R's had bij den berg Milwe, ontmoette Lettow den vijand niet, alleen had de troep hevig te lijden van een influenza-epi- demie, bronchitis en zelfs longontsteking. De gezondheidstoe stand was zeer ongunstig, daarbij was de troep ten zeerste afgemat. De laatste maand was er dan ook veel van zijne krachten gevergd. Toch kon Lettow niet al te veel talmen. Hij moest verder, de menschen moesten mede; daarbij was het land hier bijzonder schraal. Dus „voorwaarts" was weer het parool. Men kende den weg niet, daar door werd veel tijd verloren, maar den 17den September werd, dank 1251

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1920 | | pagina 165