Alle gevallen, welke zich in werkelijkheid kunnen voordoen, kunnen het onderwerp vormen voor eene kaderoefening. Daarom is de plaats van M. V. 145 m. i. minder juist en behoorde het daarin gestelde beter thuis tusschen de beide opschriften „F. Ka deroefeningen" en „Oefeningen in het terrein." De leiding van een kaderoefening is het eenvoudigst, indien aan de deelnemers, hetzij individueel, hetzij gezamenlijk eene verkenning wordt opgedragen. Indien de troepenmacht wordt verondersteld in rust te zijn (d. w. z. niet in beweging) buiten onmiddellijke aanraking met den vijand, zal de leiding evenmin ernstige moeilijkheden opleveren. Behandeld kunen worden legering, voorpostendienst, of het inrich ten van eene stelling. Aan de deelnemers kan achtereenvolgens eene bepaalde functie worden opgedragende door deze getroffen maat regelen kunnen na bezichtiging van het terrein gezamenlijk worden besproken. Ook kan worden behandeld de overgang van den marsch tot eene legering dan wel tot het innemen van eene stelling. Als dan verdient het aanbeveling den deelnemers reeds dadelijk ieder een bepaald commando te geven en hen zich te doen opstellen op de plaatsen zooveel mogelijk overeenkomende met de werkelijkheid. Minder eenvoudig wordt de leiding, indien men den vijand actief doet optreden. Het eenvoudigste geval is de lijdelijke verdediging, terwijl de actieve verdediging, de aanval tegen eene bezette stelling, de terugtocht in breed front, de vervolging en ten slotte het ont moetingsgevecht achtereenvolgens steeds hooger eischen aan de leiding stellen. Wil men dergelijke oefeningen behoorlijk tot haar recht doen komen, dan moet er leven in worden gebracht. Ieder deelnemer aan wien eene bepaalde functie is toebedeeld, bevindt zich op de plaats, welke hij in werkelijkheid zou innemen. Ten einde aan het voorstellingsvermogen tegemoet te komen, zal het meestal aanbe veling verdienen, de hoofdonderdeelen der troepen, c. q. van de treinen middels enkele manschappen met vlaggen aan te geven, b. v. bij eene colonne het hoofd van elk marschéchelon, bij eene stelling de vleugels van infanterie- en artillerieopstellingen enz. De leider stelt voor zich zelf een plan vast, volgens hetwelk hij de tegenpartij wil doen optreden. Aan de hand hiervan verstrekt hij aan den algemeenen bevelhebber dan wel aan de onderbevelhebbers de noodige gegevens, hetzij in den vorm van de veronderstelde verkennings- of veiligheidsafdeelingen, hetzij door mededeelingen 1062

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1920 | | pagina 62