Het werk: Der Deutsche Generalstab in Vorbereitung und Durchfiihrung des Weltkrieges" van Generaal H. von Kuhl geeft een duidelijk overzicht v/d verschillende plannen, die in den loop van die jaren door den Gen. Staf onder leiding vanvon Moltke Sr., von Waldersee, von Schlieffen en von Moltke Jr, zijn uit gewerkt. Het legt getuigenis af v/d werkkracht v/d Gen. Stafofficieren en herdenkt den arbeid door dien staf verricht. Von Kuhl schrijft o.a Der vielgeschmahte Militarismus war Arbeit. Mancher glaubte, wenn er die Generalstabsoffiziere gegen 10 Uhr vormittags in das grosse Gebaude am Königsplatz hin- ein gehen und gegen 3 oder 4 Uhr nachmittags herauskommen sah, ihr Dienst sei damit beendet. Er fing aber zu Hause eigentlich an, wenn die groszen Mappen kamen, die nachmit tags herumgefahren wurden. lm Dienstgebaüde waren die Bureaustunden mit Vortragen, Besprechungen und dem dienstlichen Verkehr meist ausgefüllt. Die eigentliche Arbeit, zu der man Ruhe und Sammlung braucht, muszte zu Hause gemacht werden. Alles wurde nur von Offizieren bearbeitet; Rate und Sekre- tare, die alle „Vorgange" und Bestimmungen kannten und die rechte Hand bildeten, hatten wir irn Generalstab nicht. Der Generalstaboffizier kannte nichts als seine Arbeit, für etwas anderes blieb keine Zeit übrig. Seine Erholung waren im Sommer neben kurzen Urlaub hauptsachlich die Generalstabsreise, Truppen- übungen und Manöver. Het operatieplan volgens hetwelk het D. leger in '14 is ten oorlog geleid, stamt van Graf von Schlieffen, van wien v. Kuhl zegt „die bedeutendste Persönlichkeit mit der ich in meiner langen dienstlichen Laufbahn in Berührung gekommen bin." Het plan was gebaseerd op een twee frontenkrijg, waarbij, rekenende op een minder vlot verloop v/d mobilisatie v/d éénen tegenstander (Rush), allereerst de beslissing in een strijd met den anderen tegenstander (Fr.) zou worden gezocht. Alzoo defensief tegen het Oosten met een minimum-; offensief tegen het Westen met een maximum aan krachten. De opmarch door België was daarbij een uitgemaakte zaak. Het Fr. Oostfront achtte men te sterk, om dit snel te kunnen doorbreken, terwijl een opmarsch door België bovendien vijan delijke legers zou verhinderen den beneden Rijn te bereiken en in den rug v/h D. leger te vallen. Was v. Schlieffen de vader van dit plan, Ludendorff heeft in zijn functie van Chef v/d Opmarschafdeeling, het plan voor de latere jaren uitgewerkt. In verband hiermede zag hij zich verplicht i/d herfst van 1912 4

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1921 | | pagina 4