hier te stuwen, daar te remmen, teneinde het geheel te blijven beheerschen, hinkte de O. H. L. achter de gebeurtenissen aan. De handelingen v/d legers waren dan ook niet de in daden omgezette wil v/d O. H-L.; wegens onbekendheid met de inzich ten ,,an Höchster Stelle" tastten cle O. Cos. in het duister, han delden zoo goed mogelijk naar eigen inzichten en de O- H- L. had ten slotte de feiten te accepteeren. Hier overkwam v. Moltke, door het te ver achter blijven, wat zijn groote oom en voorganger door een te veel opsluiten achter de gevechtslinie bij Gravelotte in 70 tot zijn schade had moeten ondervinden n.l-„het verloren raken van de leiding" Fritz Hoenig schrijft: „Eine bessere Leitung bei Gravelotte- St. Privat ware eben möglich gewezen, wenn vorher genügend erkündet und demgemasz die Wahl des Standpunkts des Leiters er- folgt ware. Bis dahin hatte man immer Schlachten „improvisiert"; am 18 Aug Ib kam man endlich in die Lage, eine vorbedachte Schlacht zu lfeferen, zu deren Vorbereitung so viel Zeit war, wie es selten da gewesen ist, und doch wollte das Schicksal, dasz gerade unter den Augen Moltkes das eintreten sollte was der Fluch der improvisierten Schlachten ist, was Moltke haszte, die Schwierigkeit der Leitüng oder ganzliche' Lei- tungslösigkeit. Greep de O. H L. echter in, dan bleek dit meermalen een „Fehlgriff". Ernstig in zijne gevolgen was o. a. de maatregel 2 leger korpsen a/d beslissenden vleugel te onttrekken. Het terugnemen van het G. R. K uit het 2e- leger en v/h XI A. K. uit het 3e leger, ten einde deze korpsen n/h Oosten te kunnen dirigeeren, was een ontijdig ingrijpen, dat wellicht het verlies v/d slag tot gevolg heeft gehad. Het bevel tot den terugtocht a/d Marne is gegeven, in verband met den kritieken toestand, ontstaan door de gaping tusschen le en 2e leger tijdens den slag a/d Ourcq. Had men toen nog de beschikking gehad over vorengenoemde korpsen, die na den val van Namen voorloopig in 2e linie volgden, dan zou het gat intijds kunnen zijn gestopt en het terugtochtsbevel vermoedelijk niet zijn gegeven. De legerleiding onttrok die krachten a/h W. front, omdat zij de tot den 25en Augplaats gehad hebbende veldslagen in België en N. Frankrijk voor „beslissend" hield, en het tijdstip gekomen achtte het O. front te versterken. Te meer is die getroffen maatregel te betreuren, omdat Ludendorff zijn „Tannenberg" al had geslagen, alvorens de ver sterking aankwam. En dan rijst nog de vraag, waarom 2 korpsen v/d beslissenden vleugel genomen, waar nog 4 korpsen van midden en linker- 8

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1921 | | pagina 8