Een comp. neemt een der volgende formatiën aan
twee sectn. in het voorste echelon en twee in het achterste
drie in het voorste en één in het achterste echelon, dan wel om
gekeerd
alle vier naast elkaar, de groepen over de echelons verdeeld
of wel de kruisvorm.
In het algemeen vormt de comp. 3 of 4 echelons.
Een sectie plaatst de groepen naast elkaar (bij uitzondering),
dan wel verdeeld over de echelons der comp.
Eisch is, dat de groepen uit het voorste echelon het voor de
intervallen gelegen terrein goed onder vuur kunnen nemen.
De groepen, welke zijn geplaatst op de vleugels van een echelon,
moeten die van het voorgaande kunnen flankeeren de niet op de
vleugels geplaatste groepen moeten de intervallen in het voor
gaande echelon kunnen bestrijken.
Zoolang de inf. het vuurgevecht niet heeft geopend, wordt een
richtingssectie in elke comp. aangewezen streng moet er op wor
den gelet, dat de vorm van de opstelling van het geheel gehand
haafd blijft zijn liniën aangegeven, waarin moet worden halt
gehouden, dan wordt daar de opstellingsvorin z. n. hersteld of
volgens nadere bevelen gewijzigd.
Moet halt worden gehouden, dan graven de groepen zich in of
verbeteren de dekking, welke het terrein reeds biedt. Zoo vinden
achtervolgende groepen ter plaatse reeds eenige dekking, welke
zij bij halt houden ook weer verbeteren enz.
De groepen gaan als regel sprongsgewijze vooruit,zoomogelijk
in flankformatie en naar gelang van de omstandigheden met min
of meer groote afstanden tusschen de manschappen (rotten) Zij
verplaatsen zich bij gedeelten of in haar geheel en maken van elke
dekking, ook de geringste terreinverheffing, gebruik, daarbij er
voor zorgende, dat de opstellingsvorm der compn. zoo min mogelijk
wordt gewijzigd.
Wordt een groep door vijand, inf.-vuur geënfileerd, dan wordt
de tir.-linie gevormd.
Zoo wordt vooruitgegaan tot de vijand, inf. het vuur opent.
Alsdan wordt z. n., in verband met de gegeven bevelen het front
versmald.
Het aanvalsfront is afhankelijk van de maatregelen des vijands
en van het terrein vaste, voor alle gevallen geldende getallen
kunnen niet worden aangegeven. Voor den aanval op versterkte
stellingen kan aan een bat. een tot 400 M. breed front worden aan
gewezen in andere gevallen, in het ontmoetingsgevecht, kan het
tot 800 M. breed zijn. (Het Fr. bat. telt 3 compagnieën a 12 groe
pen a 12 man en een kleine z. g. „section de commandement" en
voorts een comp. mitrs. het Duitsche bat. heeft overeenkomstige
sterkte).
10