De twee grootste moeilijkheden, welke opgelost moesten worden,
waren ten eerste het voorkómen van onderling storen der stations
en ten tweede de personeelsvoorziening. De eerste heeft men
eind 1917 vrijwel geheel opgelost, door het fabriceeren van in
stallaties met lampenzenders, de tweede heeft men eigenlijk nooit
goed op kunnen lossen. Ten slotte 'stelde men zich tevreden
als per station althans een dragelijke telegrafist beschikbaar was.
Deze werd dan voor geen ander werk gebruikt en zooveel
mogelijk gespaard om de verliezen onder dit personeel zoo klein
mogelijk te houden.
Echter was ook de radiotelegrafie niet in staat om, naast
lijntelefonie, ten allen tijde een goede verbinding te verzekeren
en daarom kwam de aardtelegrafie in gebruik. Zeer waarschijnlijk,
doch zeker weet ik dit niet, is deze het eerst toegepast door de
Franschen. Zij kon echter in de eerste plaatslang niet overal ge
bezigd worden en had in de tweede plaats een zeer beperkte
werkingsfeer.
Daarom werd naar een ander hulpmiddel omgezien en dit werd
gevonden in de Optische telegrafie doch uitsluitend met lampen
(electrische lampjes geplaatst in het brandpunt van een para
bolische spiegel en gevoed door een droge batterij) en helio-
grafen. Van vlaggen is door de Duitschers vrijwel geen
gebruik gemaakt.
Waar al deze hulpmiddelen nog niet in staat waren, altijd
een afdoende verbinding tot stand te brengen, moest men zijn
toevlucht nemen tot de oudste en meest eenvoudige middelen
ordonnansen, honden en postduiven. Unaniem gaf men toe, dat
door deze in de gevaarlijke zones ten slotte de meest zekere
verbinding tot stand gebracht werd.
Hoe sterk het gebruik van wat zij noemen „Nachrichten-
truppen" zich bij de Duitschers ontwikkeld heeft, moge blijken
uit het volgende voorbeeld. Bij het voorjaarsoffensief in Maart
1918 aan de Chemin des Dames werden op een front van
40 K M. 19000 man Nachrichtentruppen gebruikt. Dit is natuurlijk
geen normale formatie, maar werd voor dit speciale geval noodig
geoordeeld.
Wat de formatie van den berichtendienst betreft het volgende.
Reeds kort na het uitbreken was gebleken, dat de bestaande
organisatie niet deugde- Men heeft die dus opgeheven en sindsdien
eigenlijk nooit meer een bepaalde formatie gehad.
Er werd verstrekt naar behoefte, zoowel wat het personeel,
als het materieel betreft Men heeft mij wel eens een schema
laten zien van alle radiostations, die per divisie beschikbaar
zouden moeten zijn, doch het is nooit zoover gekomen, dat ze
er ook „waren." De wapenstilstand maakte voorgoed een einde
aan al die toekomst plannen.
Mocht er dus al geen bepaalde formatie bestaan, een be
paalde organisatie was er wèl. Bij het uitbreken van den
40