I 65 Op den 3den Juni werd door de Duitschers aanval op aanval gelan ceerd, o. a. voorafgegaan en vergezeld door „de nombreux avions, mitrail- lant nos fantassins et nos arlilleurs". Het ging er blijkbaar hard toe. Van de Fransche 26ste Divisie werd dien dag haar laatste reserve, zijnde een compagnie genietroepen, nog ingezet, om a cheval van een spoorweg de verbinding tusschen de beide oevers van de Ourcq te onder houden. De Kolonel P. Defrasse vraagt zich in „Quelques reflections sur la loi der recrutement" af, hoe de nieuwe in behandeling zijnde wet er uit zal zien. Sinds 70 heeft Frankrijk er reeds vier achter den rug, deze wet wordt de vijfde. Hij bepleit elastische bepalingen, die het mogelijk maken, dat in tijden van spanning het leger van een voldoend sterke vredeskern is voorzien. Daartoe is noodig een wet, beoogende een dienstplicht van 3 jaren. Is geen gevaar te duchten, zoo komen de recruten later op dan het vastgestelde tijdstip, terwijl de oudste lichting dan eerder naar huis wordt gezonden. De wenschen van schrijver zijn niet tot vervulling gekomen, want aangenomen is een wet, waarbij de tijd door te brengen in werkelijken dienst bepaald is op 18 maanden. Voorts komt de man I8V2 jaar in de armée de réserve en 10 jaar in de armee territoriale. ART. MONATSHEFTE SEPT. OCT, '20. Onze bekende Balck vertelt leeizame dingen in „Aus deutschen Ver- teidigungsschlachten''. Hij eischt daarin o.m. dat de art. ook zonder inschieten aan hare op dracht kan voldoen, ter wille van de voorgenomen verrassing. De geallieer den waren in dit opzicht den Din 1917 vooruit, want „bewahrt hatte sich ganz besonders das bei uns noch in der Entwicklung begriffene Verfah- ren, die Tageseinfliisse rechnerisch auszuschalten und damit ein Einschies- zen überflüssig zu machen". Balck zelf eischte zulks in Februari 1917 tijdens de voorbereiding voor een aanval, doch hem werd dit als onuitvoerbaar beduid. Voorts veroordeelt |hij de dikwijls nuttelooze en onder ongunstige om standigheden doorgevoerde verdediging van een terreingedeelte louter om sentimenteele redenen, die met tactiek niets te maken hebben. Terreinver- lies is in vele gevallen gemakkelijker te dragen, dan dat van menschen en materieel. Men bedenke, dat het terrein middel is, geen doel. In „Schrapnell und Granate" herinnert Rohne, een opstel in „La Fran ce mil." besprekend, zijn lezers aan het feit, dat de Fr. veldart. reeds vóór het uitbreken van den oorlog voor de helft met granaten was toegerust. Reeds vroeger heeft S. op verschillende redenen gewezen, die er toe geleid hebben om gedurende het verloop van den oorlog de granaat den voorrang te schenken, hoofdzakelijk wel 0111 de ontzaglijke moreele uit werking. Daar kwam bij, dat de regeling der G. K. springpunten voor oner varen officieren te moeilijk bleek. Hoewel het G.-schieten met schokstelling eenvoudiger lijkt, omdat die regeling daarbij vervalt, mag niet over het hoofd worden gezien, dat de G. K. een tien maal grooter oppervlak onveilig maakt dan de G. van hetzelf de kaliber. In het Fr. leger was de uitrusting aan G. K. in het laatste jaar van den oorlog intusschen tot slechts 10 °/0 van den munitievoorraad gedaald hetgeen zijn nadeeligen invloed op gevoelige wijze deed gelden, toen in dat jaar de bewegingsoorlog zijn rechten hernam. De materieele uitwer king was bedroevend.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1921 | | pagina 65