NASCHRIFT.
Gelijk aan alles, kleven aan de door ons beschreven organisatie
„bezwaren Voor een objectief oordeel over eene belangrijke
aangelegenheid gelijk eene organisatie uiteraard geacht mag
worden te zijn, is het goed, dat voor- en nadeelen volledig
worden belicht waarom we dit naschrift willen beginnen meteen
woord van dank aan den Kolonel Gerth v. Wijk voor het te
berde brengen van een aantal bedenkingen tegen den inhoud van
ons artikel.
Naar aanleiding van die bedenkingen zij o. z. het volgende in
het midden gebracht. Wat betreft het munitieverbruik, dat onge
twijfeld zeer groot zal zijn, gelooven we, dat wélke organisatie
men ook kieze, we ons daaraan zullen moeten aanpassen. Uit
den oorlog toch is meer dan volop gebleken de kracht, die van
de automatische vuurwapens uitgaat; geen verdediger dan ook,
zal nalaten er op groote schaal gebruik van te maken
Niet wetende öf, noch waar een troepenmacht verdedigend
zal moeten optreden, zit er o. i. niet veel anders op, dan deze
wapens (en de munitie, die zij wellicht zullen verslinden) orga
niek bij de troepenmacht in te deelen. Maar er is meerGebleken
is, dat als de verdediger er op ruime schaal gebruik van maakt
en zich op moderne wijze in het terrein vastzet, ook de aan
valler die automatische wapens, in grooten getale, niet kan missen,
wil hij kans hebben zijn aanval te doen slagen en zulks te
minder, naarmate de infanterie geringer steun van artillerie geniet,
dan wel deze geheel ontbreekt.
Er is dan ook geen keushoe gaarne men het ook „zonder"
een overvloed van die nieuwe wapens zou willen klaar spelen,
indien de tegenpartij er in massa over beschikt, zal de andere
partij noodgedwongen moeten zorgen ze evenzoo in grooten
getale te bezitten en de consequenties er van dienen te aanvaarden,
anders kan hij wel thuis blijven. Voor Indië zijn die consequenties
wellicht nog onaangenamer dan elders, maar er valt niet aan te
ontkomen. Een Infanterie munitiefabriek, wellicht meerdere, zal
noodig zijn
De munitie-aanvulling gedurende het gevecht werd door ons
slechts terloops aangeroerd, omdat we een uitgebreide beschou
wing daarover in het artikel minder op zijn plaats achtten. Waar
echter getuige de Fr. organisatie reeds in den oorlog een blijkbaar
niet onbevredigende oplossing van dit vraagstuk werd verkregen,
vermeenden we, en vermeenen we nog, dat dit bezwaar niet van
dusdanigen aard is, dat het b e 1 t s e 1 voor de zoo n o o d z a-
k e 1 ij k e invoering-op-groote-schaal van automatische vuurwa
penen mag vormen.
70