NAGEKOMEN STUK. ENKELE AANTEEKEN1NGEN NAAR AANLEIDING VAN DE DOOR D. B. AANBEVOLEN INFANTERIE - REORGANISATIE. (I. M. T. 1921 No 1). Met alle waardeering voor schrijvers arbeid, kan ik toch niet nalaten het volgende tegen zijne denkbeelden in het midden te brengen. S. wenscht een belangrijk aantal geweer-mitrailleurs in de organisatie van de compagnie te zien opgenomen 'en is van meening, dat „e e n oordeelkundig g e b r u i k" van deze wapens niet tot „overmatige, onoplosbare bezware n" ten aanzien van de munitie-aanvulling zal leiden. Dat klinkt tamelijk vaag. Het is S. natuurlijk bekend, dat de ervaring zeer bepaaldelijk heeft uitgewezen, dat elke technische verbetering aan het vuurwapen, waardoor de mogelijkheid werd geschapen om de vuursnelheid te verhoogen, a 11 ij d heeft gevoerd tot onevenredig veel grooter munitie-verbruik, alle theorieën om trent „oordeelkundig gebruik" ten spijt. In den jongsten grooten oorlog werd de industrie van heele natiën bijna volledig dienst baar gemaakt aan de vervaardiging van munitie, om aan de eischen van dat verbruik te kunnen voldoen. Zeer zeker heeft de vorming van millioenen-legers vanzelf de behoefte aan reusachtige voor raden munitie medegebracht, doch niemand zal wel willen beweren, dat de mogelijkheid om met één enkel wapen in den kortst- mogelijken tijd groote hoeveelheden projectielen op den vijand af te zenden niet" van overwegenden invloed is geweest op de grootte van die voorraden. Hoe staan wij nu tegenover dit vraagstuk Deze vraag stellen, is haar tevens beantwoorden, al laat ik dat antwoord gaarne aan den lezer over. Terecht merkt S. op, dat bij eene zoo ruime toebedeeling van machine-geweren als door hem gewenscht, de kwestie van het munitie-vervoer op het slagveld „een groote moeilijk heid" vormt, waarvoor „een afdoende oplossing moet worden gevonde n", welke hem voorkomt „zeker niet gemakkei ij k te zij n." Inderdaad Doch zou het dan niet voor de hand liggen eerst naar zoodanige oplossing te zoeken, alvorens een geheel op het vinden daarvan Hierbij zij aangeteekend, dat hoewel natuurlijk ook de aanmaak van inf. munitie veel arbeid heeft gevorderd, dit toch voornamelijk art munitie is geweest. KbL>. 67

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1921 | | pagina 67