al was Gallipoli zeer vruchtbaar geweest, het verbouwbare op
pervlak zou nooit in staat geweest zijn om een troepenmacht van
die sterkte aan levensmiddelen te helpen.
Het land is voor het grootste gedeelte doodsch steppenland
met snikheete zomers en veelal droge rivierbeddingen en ontzet
tend koude winters. Captain G. W. Smyth verhaalde, dat in den
winter geweldige overstroomingen de soldaten gewoon uit de
loopgraven spoelden en jammerlijk in het zoutmeer (Suvia) deden
verdrinken. Duizenden soldaten werden met bevroren ledematen
in de hospitaalschepen opgenomen, waar van menig jongen man
een lichaamsdeel werd geamputeerd.
De bodem is er ruw waar geen rotsen zijn, is hij kleiachtig met
hier en daar vette klei. Op de hoogvlakte van Annaforta trof
men eenig weiland aan.
De bevolking hield in hoofdzaak klein vee en teelde vruchten.
Handel en verkeer hadden hoofdzakelijk te water plaats. Daar
door verkeerden de wegen in een allerdroevigst vervallen toestand.
Zelfs tusschen de hoofdplaatsen Gallipoli en Maïdos bestond geen
voor voertuigen geschikte verbinding. Van bruggen was geen
sprake, men waadde door de rivieren. Alleen tusschen Gallipoli
en Boelair bestond een goede autoweg.
Von Sanders begon dadelijk met de communicatiën te verbe
teren; „the communications as a whole, were necessarily winding
and inconvenient from the military point of view. It may be
remarked here that the unsatisfactory character of the communi
cations was a handicap to the defending rather than to the at
tacking side" (Collwell).
Hij organiseerde arbeiders-bataljons, samengesteld uit Grieken,
Armeniërs en Joden, wier aanwezigheid in voorste linie niet ge-
wenscht werd geacht. Deze bataljons hebben op het Anatoiische
vasteland zoowel als op Gallipoli groote diensten bewezen. Zon
der rust werkten de Baschi Bosuks en namen het paardenpad
Gallipoli - Maïdos het eerst onder handen. Voetpaden werden
omgewerkt en geschikt gemaakt voor art., van Akbasch uit werd
een nieuwe weg gelegd naar het binnenland. Bij Jalowa verdeelde
deze zich in 2 takken, 1 naar het plateau van Anaforta, 1 over
Boghali en Kodja Dere naar Kdmalieri. Van Jalowa voerde ook
een weg naar Edje Liman.
Een belangrüke weg was die van Maïdos over Kirthe (Kritia) naar
Secl el Bachr.
Hoe hard er evenwel gearbeid werd aan het traceeren van
wegen, het overbruggen van droge oueds (oued is in het Arabisch
rivier)die diepe ravijnen uitsleepen, het verbreeden der be
staande paden enz. enz., toen einde April '15 de gevechten
overal in vollen gang waren, verkeerde het wegennet nog slechts
in een beginstadium, „in stundenlangen Marschen, iiber Klippen
und Steine ftihrt der Weg."
40