Gebrek aan handelservaring.
Eenig bedrijfsleider zit op zijn kantoor. Snort een auto voor;
een mijnheer wordt aangediend, treedt binnen is reiziger voor
de {irrna „Ja, ik kom alleen maar even aanloopen,
misschien is er iets noodig ik ben pas in dienst bij de firma en
wilde gaarne mijn opwachting bij U komen maken. Bovendien
heeft de firma een paar pracht van draaibanken zeilende, een heel
mooie fraisbank in de stand staan, ook heel vooideelig te koopen
staal voorraad, mogelijk, dat van een of ander gebruik kan worden
o-emaakt. Staat U mij toe te rooken Mag ik U misschien ook
offreeren Zoudt U misschien even mee willen rijden naar de
magazijnen, dan kunt U zich zelf overtuigen, met de auto kost
het slechts een half uurtje."
De bedrijfsleider tracht te betoogen, dat er momenteel aan geen
van de genoemde artikelen behoefte is, maar vindt het tegenover
den correct optredenden reiziger niet aardig, zoo maar afte
wimpelen. Bovendien is het een verzetje Hij gaat mee, bekijkt
de fraisbank vindt het inderdaad een mooie bank. Uitvoerig
worden de voordeelen van dit moderne stuk aan het licht gesteld.
Hij zal er nog eens over denken.
Op zijn kantoor teruggebracht, overweegt hij nog eens och,
die lui moeten ook hun best doen en feitelijk kunnen we zooiets
ook wel gebruiken. Hij klimt in zijn penhouder, wijdt in den
breede uit over overkropt zijn met werk, over de verlichting daarin,
welke een fraisbank zou geven, over moderniseering, over het mo
menteel zeer voordeelige aanbod enz. En de machtiging tot aan
koop wordt verkregen.
Of wel men heeft wérkelijk behoefte aan een machine en vraagt
offerte bij verschillende firma's. Prijsopgaven komen binnen
de een tweemaal zoo duur als een andere. Echter is die duurdere
een gerenommeerd merk, met alleenvertegenwoordiging van de
firma. Nu stelt men er prijs op diè machine aan te schaffen en
omdat het prijsverschil zoo groot is, wordt nogmaals geschreven
cn daarop gewezen. Komt een brief retour, waarbij de fiima ver
ontschuldigingen aanbiedt er was verzuimd te vermelden dat
de genoteerde prijzen met 30% waren verlaagd.
Dit demonstreert, hoe firma's handel drijven, in het bijzonder
als zij alleenvertegenwoordiging hebben en het voor het Gouver
nement is.
Men zal zeggen, nu ja, zulke dingen komen overal voor—-en
dit geven we toe. Echter in het particuliere voelt men zulke tekort
komingen al spoedig aan den lijve.
Nog kan men aanvoeren, dat het uitzonderingen zijn dat, als
men de weerspraak hoort van de personen, die zulke fouten worden
aangewreven, de toedracht er heel anders uitziet.
Wel de bovengenoemde gevallen zijn fictief, raken slechts na
aan de praktijk, zooals gezegd maar overeenkomstige gevallen
23