toch b. v. geen Japansch telefoongesprek afluisteren. Maar helaas is er bij de telegr. afd. geen enkele telegrafist die met een telefoon, goed telegrammen, geseind met telegmaftoestellen (gelijkstroom), Pan afluisteren. Volgens verschillende studieboeken is dit mo gelijk, doch de practijk leert het anders. De beste soundristen zijn er niet toe in staat, hooren hoogstens een enkel teeken. Conclusie de bereden telegrafisten zullen nooit aan de van hen verwachte taak kunnen voldoen en men kan ze dus gerust afschaffen. Het eenigste middel om de bedoelde cav.-afdn. met het achterland te verbinden is radiotelegrafie of telefonie. b. Berichtenwisseling bij de Infanterie I. Telefonie VoDens de „Handleiding voor de behandeling van de Patrouille telefoon der Infanterie" (H. P. T. 1.) beschikt men per Bataljon over 8 telefoontoestellen en 8 rollen kabel van 500 M. Verder moeten alle offn. met de behandeling geheel vertrouwd zijn, moe ten per comp. minstens 6 fuseliers en 1 man kader volledig ge oefend zijn in het gebruik en de behandeling, terwijl tenslotte al net Eur. kader daarin onderwezen moet worden. Een heel enkele uitzondering daargelaten, kan men gerust zeg gen, dat er bij de Inf. geen enkel off., onderoff. of mindere is, die aan deze eischen voldoet. Men houde mij ten goede, dat ik dit zoo rondweg zeg, doch het is mijn vaste overtuiging en niets zal mij aangenamer zijn, dan dat men mij bewijst, dat ik ongelijk heb. Ik begrijp echter tot nu toe niet, hoe men het in die handleiding heeft durven zetten. Want ieder, die eenig begrip van telefonie te velde heeft, weet, dat de ervaring en technische kennis noodig voor het opzoeken, c. q. verbeteren, of opheffen, van storingen iemand niet vanzelf aan komt waaien. En er is tot nu toe geen enkele Inf. off., die een goede opleiding in telefonie heeft gehad. Men is sedert 1916 (misschien ook iets eerder) begonnen het vak „telefonie" bij de lnf. op de K. M. A. in te voeren en ik heb zelf gedurende 3 jaar die lessen gegeven. Daarvoor waren be schikbaar hoogstens 8 lesuren. Die tijd is zeker niet voldoende om de doorsnee leerling zoo danig inzicht in telefonie te geven, dat hij goed kan constateeren, waar een fout schuilt. Bovendien waren er enkele middagen uit getrokken voor practisch telefoneeren, maar daarin kan -de leeraar hoogstens „enkele" storingen maken lang niet ieder krijgt dus een beurt en van practische ervaring is derhalve geen sprake. Nu zou men van de sinds 1917 door de K. M. A. afgeleverde officieren desnoods nog kunnen vergen, d-.t ze aan de hand van de H. P. T. I. de meest vóórkomende storingen kunnen opsporen, maar van alle andere offn. kan dat zeker niet gevergd worden. Het is wel merkwaardig, dat waar alle vakliteratuur er op wijst, dat goede resultaten met veldtelefonie verkregen kunnen worden 29

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1921 | | pagina 29