68 hangenhoewel ook hierbij het streven voorzat, het voertuig zoo licht wn^ tni«thouden> moest toch worden overgegaan tot het aanbrengen van een zitplaats voor den bestuurder. Bij een invoering van mijnwerpers in ons leger zal het gewenscht ziin rekening te houden met de door de Duitschers opgedane ervaringen. een ander artikel wordt aangegeven, dat uit zuinigheidsoverwegin gen de zwaardere pers. auto's niet voor oorlogsgebruik geschikt worden ge acht. Bij een nagenoeg gelijke prestatie verbruikt de zware auto veelmeer obe> bande" enz-, da" de lichtere, terwijl, naar wordt gezegd, de lichte en middelsoort auto s aan alle gestelde eischen hebben voldaan Uit vraagstuk lijkt ons wel van belang voor onzen autodienst. hen kleine bespreking van het kortelings verschenen werk van Gen nn w "U,ns"e P'oniere im Weltkriege" vestigt nogmaals de aandacht rfü-H r-i gr?,ot® beIanS van technische troepen trouwens dit blijkt reeds nniwJ i a enorme vermeerdering van deze troepen gedurende den oorlog. Ieder rechtgeaard pionierofficier moet dat zeer interessante boek gelezen, en herlezen hebben en zal dan wel tot de conclusie komen dat een vermeerdering van onze genietroepen zeer zeker urgent is te noemen. Doch zelfs na deze vermeerdering zullen de andere wapens er op moeten rekenen, dat de meeste werkzaamheden door de eigen manschappen zullen moeten worden verricht. ArtiiipHpeLapime,"'VDif.TeChniSChe Ausrüst"ng der Feld- und schweren Artillerie im Felde treft ons een en ander omtrent het gebruik van kook- nesten en gamelle bij de veldart, waarvan de manschappen niet van een kookketeltje met toebehooren waren voorzien. Al spoedig voorzagen zii zich van deze onmisbare uitrustingsstukken door ze van gesneuvelde of g^mp h 'nu tnoer,lten te "em5n en de in vredestijd zoo goed werkende „Kameradschaftkochapparate, die fur mehrere Leute bestimmt waren, losten sich in seine Bestandteile auf," terwijl de grootere ketels gewoonlijk voor andere doeleinden werden gebruikt. N. h. v. zal dit lot onze off. gamelle ook treffen: ieder officier zal wijs doen a eigen k o o k g e r ij mede te nemen"1). Maj. Augustin beëindigt zijn artikel „Die Minenwefer des Deutschen Heeres met een beschrijving van de ontwikkelingsgang van de munitie. In Vlaanderen wilde de schokinrichting der vleugelmijnen niet werken wegens de groote weekheid van den bodem. Ook in onze sawah terreinen zal de uitwerking van deze nieuwe projectielen wel niet heel groot zijn Van „Technik und Wehrmacht" 9de en 10de Heft verdient het art. „Granate und Schrapnell" alle aandacht en in de eerste plaats van de artilleristen. De oude strijd tusschen beide projectielen wordt weder gestreden. Schr., die meerdere gevolgtiekkingen van Gen. Rohne, neergelegd in Art. Monatshefte 1920 bestrijdt, komt dan tot de conclusie, dat de granaat het grootste deel der munitieuitrusting moet vormen, n. 1. in een verhoudin" van 9 granaten tegen 1 G.K. le. omdat de moreele uitwerking van den Gr. grooter is en ook het verkrijgen van dekking tegen de springstukken moeilijker is, dan tegen de kogels van den G.K., 2de. in verband met het streven naar het vuur op groote afstanden, on welke de G.K. geen uitwerking heeft, terwijl op de kortste afstanden de int. gesteund zal worden door inf. geschut, waarbij men andere eischen aan de munitie moet stellen. Tot 3000 M. is de Gr. minder geschikt, omdat men op dien afstand met van een goede werking van de schokinrichting is verzekerd, Volkomen accoord. Men schaffe de offs. gamelle zoo spoedig mogelijk Red.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1921 | | pagina 68