45 Een zeer lezenswaardig opstel is dat van den Maj. de Gelder, de welbekende schrijver; onze C. C.ten kunnen hiervan nog wel wat leeren het streven van den Maj. is den man tot handigheid tot zelf denken'' en „zich weten te redden", op te leiden. Trouwens als leeraar op de K. Mi A gaf de toenmalige Luit. de Gelder te kennen, dat de huidige (toenmalige) jeugd te weinig Indianenboeken las, zich niet wist te redden en te behel pen, en ried hij ons aan enkele dier boeken te lezen. Onze expedities tegen den 1. V. waren in dit opzicht zulk een uitstekende oefenschool, ook de meerdaagsche oefeningen zijn van veel nut 2). Voor de jeugd kan de Padvinderij in dit opzicht van groot voordeel zijn. Schr. zegt: „Onze landaard is wat sloom; oefeningen, of zelfs wedstrijden tot prikkeling der snelheid verdienen dus aanbeveling; ook oefenen in snel in- en uitstappen van spoorwagens of auto's, snel op- en afladen van voer tuigen e. d. (op tijd werken) verdient aanbeveling Aangezien enkele landaarden in ons leger hetzelfde gebrek hebben, ver dienen deze oefeningen zeker onze aandacht. Uit een klein art. omtrent het auto-vervoer tijdens den slag aan de Marne (Ourcq), zij medegedeeld, dat 6000 man in 600 pers. auto's werden ver voerd in 2 ritten. Om stagnatie te vermijden werd terug een andere weg gevolgd, dan op de heenreis. Voertuigen met res. banden en benzine en reparatie-voertuigen werden over de colonne verdeeld; de afstand tusschen de auto's bedroeg 20 M. H. OVERZICHT VAN EEN1GE BUITENLANDSCHE TIJDSCHRIFTEN. Revue de Cav. Jan. e n F e b r. '2 1. In een artikel „La Cavalerie d' hier et de demain" wordt te kennen gegeven, dat de Fr. cav. gedurende den oorlog haar ophelderingstaak naar behooren heeft volbracht, in tegen stelling met de D., die zich klaarblijkelijk tot taak had gesteld'' a briser notre élan et a nous faire payer cher notre audace (emploi de l'obstacle et du feu, combat a pied). Zooals in de reglementen was uitgedrukt moest de cavalerie ten allen tijde gereed zijn om deel te nemen aan het gevecht. Die mogelijkheid tot ingrijpen deed zich t. a. v- het Cav. korps Sordet voor, in den slag aan de Marne, „mais le nombre fantastique de kilomètres parcourus par une chaleur torride et avec le souci d'etre toujours en garde, d'abord dans les Ardennes et les plaines wallones, puis pendant la retraite a mis le C. C. Sordet sur les boulets." Waar de Fr. cav. in principe steeds aan het gevecht te paard den voor rang gaf, werd zij ten slotte gedwongen meer en meer het gev. te voet te voeren, „en face de la cav. allemande qui refuse régulièrement le combat a l'arme blanche, la pratique constante du combat a pied devient chaque jour davantage une nécessité." En het gevecht te voet van groote een heden was niet beoefend, de noodige middelen om zulk een gevecht te kunnen volhouden ontbraken geheel, zoodat improvisaties het gevolg waren. Trouwens in zeer vele gevallen en zeker tijdens „la course a la mer" is de cav. aan beide zijden feitelijk gebruikt als bereden inf. om punten en stellingen te bezetten, totdat de inf. deze taak van haar kon overnemen. Het bleek hierbij, dat de cav. hiertoe te zwak was en men haar versterken moest door toevoeging van eenheden te voet. Met de meening van den Schr. „il est probable que, sans l'armistice, la cav. eut trouvé l'occasion d'accomplir la une magnifique besogne. C'était Gelijk alle schrifturen van dezen Schr. Red. 2). Volkomen accoord, maar dan„buiten de bewoonde wereld.'' Red.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1921 | | pagina 45