50 M. op kruisscliijf No 2 niet één gebracht kan worden binnen
een vierkant van 12 (14) cM, of wanneer dwarstreffers voorko
men, wordt de loop verwisseld. Worden duikers waargenomen,
dan wordt het wapen op 100 M. met 20 patronen in 1 serie
beproefd.
Wordt hulsklemming geconstateerd, dan zal .(219,2e)
maximaal 30 patronen enz.
219 vervalt.
VI. Bepalen van afstanden.
Het schatten van afstanden vervaltin de practijk komt daar
toch nagenoeg niets van terecht.
VII. Aanteekeningen, registers enz.
Bij de aanteekeningen in het stamboek van bokschutters te
vermelden geweer, karabijn of beide.
VIII. Materieel, schietterreinen enz.
In den geest van het thans bestaande, doch veel beknopter.
IX. Afodellen en bijlagen.
Van de thans bestaande, vervallen modellen A en B, C IV en V.
L'e schietoefeningen, zoo als hierboven aangegeven, voor recru-
ten en voor den troep. Ill, IV, V en VI vervallen. VII minder
oefeningen en de rubriek te verwachten uitkomsten vervalt. VIII,
IX. X, XII XIII, XV en XVI vervallen. In XI en XIV geen tangen
ten, invalshoeken en toppuntscoördinaten.
In het bovenstaande heb ik slechts van Hfdst. V de n. m. m.
eenig juiste redactie gegeven, gegrond op het inschieten van
meer dan 1500 geweren en karabijnen, waarvan meer dan 800
eigenhandig. Hoewel voor het overige slechts globale aanwij
zingen zijn gegeven, zal de aandachtige lezer er toch wel uit
bespeuren, dat een zoodanig ingericht voorschrift practisch bruik
baarder zal zijn dan het thans bestaande. En ik veronderstel, dat
wel de meeste Infanterie officieren het verdwijnen van het oude
V. S. I. niet zullen betreuren.
MEDAN, 27 Februari 1921. ROESTKRABBER.
Naschrift.
Naar aanleiding van het bovenstaande, deelde X. ons mede,
dat n. z. m. het nieuwe S. V. 1. (er komt heusch een nieuwop
13