de hieronder volgende beginselen waarmede wij ons over het
geheel zeer wel kunnen vereenigen dient te berusten.
Red.
1. Den Cies. Comdt. moet meer invloed worden gegeven op
de schietopleidinghij moet niet aan handen en voeten ge
bonden zijn, zooals nu.
2. Het begrip juistheid boven snelheid" moet consequent wor
den doorgevoerdgeen tijdopnemen bij den schutterhet
tertshorloge verhuize c. q. naar de waarnemingspost; zie hier
onder.
3. Het lesje (zie artikel CALICHER) moet vervallen.
4. De Premieberekening moet eenvoudig en zoo ruim mogelijk
zijn. Voor A, B en scherpschutters bv. op 1 a, l'/2 a en 2 a,
waarbij a f 0.10. Daarbij niet rekenen op X cent per man
(zie tarief 46 C), maar: de cies. cdt. dient een rekening in:
„Betaald aan shietpremiënzooveel
5. Verantwoording der munitie in het schietvoorschrift is on-
noodig, is reeds geregeld in R. M. B.
6. Alle ballistiek verhuize naar het Aanhangsel. Wel moet
opgenomen een eenvoudige teekening van de kogelbaan enz.
7. De inrichting van schietterreinen in details moet weg, dit
moet alleen de Genie weten, die de terreinen inricht.
8. Het S. S. worden moet niet afhankelijk zijn van een proef,
maar moet geschieden op grond van de in het afgeloopen
jaar bereikte resultaten, bv. voldoen aan 80°/0 der oefeningen,
de S. S. proef vervalt hiermee.
9. De afstandmeter HENSOLDT is een onding en moet verval
len, geweergranaten kennen wij niet. De thans gebruikte
richtingscontroleur deugt m i. niet, de vroegere is veel beter
en veel meer bruikbaar.
10. Verandering moet worden gebracht in verschillende oefe
ningen; fouten in hoogte en breedte moeten even zwaar
tellen, dus geen ellipsschijven (overblijfselen van de methode
FA Bi US).
Ik wil eerst juistheid van het schot verkrijgen en dan zeer
veel schieten op oorlogsdoelen, dus: figuurschijven. Daarbij
denk ik mij de verdeeling ongeveer als volgt:
Bij het begin van het schietseizoen doet elk man opgelegd
een proefserie om zijn geweer na te gaan.
A. oefeningen: vrije hand en opgelegd in de drie houdingen
op ringschijf en enkele figuurschijven.
B. als boven op stilstaande en in beweging (hier
bij kan de tijd worden beperkt, tertshorloge)
zijnde figuurschijven (dan kunnen de indiv.
gevechtsschietoef. vervallen).
14
