Staf zijn geplaatst, verkeeren over het algemeen onder deze om
standigheden. Hierin nu zou n. m.m. veel verbetering
zijn te brengen door alle subalterne offn van de
Gew. en PI. Geniediensten op Java bij toerbeurt
te doen deelnemen aan kaderoefeningen, Brig.-
en Leger manoeuvres en wel b. v. zoodanig, dat de
helft van deze offn. telkens met een manoeuvre meegaat en de
andere helft beschikbaar blijft voor den dienst bij den Staf.
Bedoelde Genieoffn. zouden de manoeuvres dan moeten mee
maken onder leiding van een daartoe geschikt officier liefst
Hoofdofficier—van de Genie of den Generalen staf, die hun voor
lichting verschaft inzake de tepas komende tactische vraagstukken,
terwijl voorts ook alle verrichte pionierwerkzaamheden zouden
moeten worden bezichtigd en besproken.
Ten aanzien van de tactische vorming van kader en man
schappen valt het volgende op te merken
Bij de veldcompn. wordt bijna alle beschikbare tijd besteed
aan détailoefeningen op het werkterreinaf en toe gaat men
voor eenige weken op meerdaagsche oefening tot het uitvoeren
van meer omvangrijke pionierwerkzaamheden, zooals het slaan
van groote bruggen, het maken van vlotten, het inrichten van
een versterkte stelling e. d. Deze oefeningen zijn ongetwijfeld
zeer nuttig; echter zou het nog véél nuttiger zijn, wanneer zij
onderdeel uitmaakten van een garnizoensoefening, ik zou willen
aanbevelen om niet alleen bij garnizoensmanoeuvres 2), maar ook
telkens wanneer de Inf. van Tjimahi en Bandoeng een eenigszins
omvangrijke velddienstoefening houdt, genietroepen daarbij in te
deelen. Het pionieren wordt dan meer in overeenstemming met
de werkelijkheid beoefend, terwijl ook de troepencommandanten
een juist denkbeeld kunnen krijgen van het nut, dat zij van
pioniers kunnen trekken.
IV. OPMERKING OVER HET GEBRUIK VAN ONZE VELD-
PION1ERS. Punt 181 V. V. geeft aan, dat het bij beveiliging van trans
porten onder militair geleide noodig kan zijn om eenige genie
soldaten (met gereedschap) op voertuigen (rijwielen) toe te voegen
om hindernissen op te ruimen of overgangen, waarlangs de
vijand zou kunnen naderen, te vernielen.
Niemand zal ontkennen, dat de diensten van bedoelde „bere
den" geniesoldaten van goede waarde kunnen zijn, niet alleen
Het is de vraag, of zulks zonder ontwrichting van den dienst bij den
Staf van het wapen wel mogelijk is.
De Genieoffn. moeten ook bij den Staf voldoenden tijd bezitten, om hun
militair-tactische kennis te onderhouden, c. q. te vermeerderen, hetgeen bij
het bestaande tekort en verloop voorshands wel tot de vrome wenschen
zal blijven behooren. Red.
2) Het ten allen tijde toevoegen van genie aan garnizoensoefeningen
is niet wel mogelijk, omdat de pionierwerkzaamheden te lang duren
en de andere wapens daardoor veel tijd zouden verliezen, die uit een
oogpunt van eigen oefening beter kan worden besteed. Red.
20