diensten van zijne troepen tot het Hoofd van Gewestelijk Bestuur, op dezelfde wijze verhoudt als in Nederland de Maréchaussée-offi- ■cier tot den Burgemeester. Aan alle officieren en onderofficieren van het Korps worde politioneele bevoegdheid gegeven. Een overzicht van de samenstelling van de op te richten Maré- chaussée is te vinden in bijlage I. Als ruggesteun van de op te richten Veldpolitie op JAVA, be- hooren voorts in West-, Midden-en Oost JAVA, elk dertig brigades Maréchaussée te worden gelegerd, waarvan de Commandanten, voor zoover het politiediensten betreft, hunne opdrachten ont vangen van den Procureur-Generaal. Het veldleger., Alvorens organisatie en sterkte van het veldleger vast te stellen, is het noodig eerst eenige dogmen op te ruimen, die zich zoo lang zamerhand op defensiegebied hebben ingeburgerd. De eerste is „Een eilandenrijk moet door een vloot worden verdedigd." Deze stelling is, zoowel in het algemeen, als in het bijzonder voor N.-lndië onjuist omdat Een land wordt verdedigd met menschen en niet met machines. Een vloot is een verzameling machines, waarvan het bedienend personeel geheel a f h a n k e 1 ij k is van het meer of minder goed functioneeren daarvan, een dergelijke organisatie kan dus nooit hoofdverdedigingsmiddel zijn! Voor Indië is de stelling in het bijzonder onjuist, omdat in poli- tieken zin, hier gèèn eilandenrijk bestaat Men heeft slechts JAVA, waaromheen zich een meer of minder dichte „rimboe" groepeert. Indien de weermacht zich op Java bevindt, dan moet de vijand die opzoeken, omdat het doel van den oorlog nog altijd is het vernietigen van de vijandelijke strijdkrachten. Het miskennen van deze grondwaarheid is oorzaak van de bopelooze verwarring in Europa na den z. g. vrede Het toebrengen van een economische nederlaag alleen, is een tweesnijdend zwaard, zooals men thans op gevoelige wijze onder vindt De stelling „de vloot hoofdzaak het leger slechts tot be scherming van de vlootbasis" is dan ook onjuist, want daarmee zou men dus de levende strijdkrachten ondergeschikt maken aan de handelingen van in min of meer bruikbare toestand zijnde machines, want technische en natuurkundige oorzaken kunnen een deel daarvan onslagvaardig maken, geheel buiten den wil der schepelingen om. Dit klemt natuurlijk te meer voor een natie, die zooals wij, er toch nooit een g r o o t e vloot op na kunnen houden ')WIJ achten haar JUIST óök voor N. 1. Red. 37

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1921 | | pagina 37