Priok, Soerabaja en in den Riouw-Archipel het eerstgenoemde als hoofd-, de beide andere als hulpsteunpunten. Aangezien van een vloot, als aangegeven, niet verwacht kan worden en dan ook niet wordt, dat zij in staat zal zijn, een vijand, die met veroveringsplannen komt, op den duur een doordringen te beletten, zal naast die Vloot, een modern uitgerust, mobiel en met offensieven geest bezield Leger niet gemist kunnen worden. Dat Leger zal dan tevens moeten zorgen voor het bezetten van de Vlootsteunpunten en voor het bewaren van orde en rust. De vloot. De hiervoor in algemeene bewoordingen genoemde taak van de- vloot bestaat meer gedetailleerd uit le. tijdens een oorlog, waarin wij partij zijn het verkennen van den vijand het vertragen van zijn doordringen in den archipel het beletten, dat hij met betrekkelijk geringe middelen vasten voet verkrijgt in den archipel het toebrengen van verliezen aan zijn transportvloot het bedreigen van zijne verbindingen, en het eventuëel deelnemen aan de locale verdediging der steun punten. 2e. tijdens een conflict, waarin wij niet zijn betrokken het handhaven der neutraliteit 3e. in tijd van vrede het handhaven van orde en rust in de wateren van den archipel. De meest gevaarlijke bedreiging voor onze koloniën bestaat in een rechtstreekschen aanval, ondernomen met het doel om Java te veroveren of deelen daarvan -zij het ook wellicht slechts tijdelijk te bezetten. Zulk een aanval moest dus als uitgangspunt worden genomen om te geraken tot den logischen opbouw onzer weermacht ter zee. Is eene macht geschapen, in staat bij zulk een aanval de taak te vervullen, haar door de Regeering toegedacht, dan is zij ook krachtig genoeg om in andere gevallen de opdrachten uit te voeren, waartoe zij alsdan geroepen zal kunnen worden. Bij een aanval uit de richtingen waaruit deze het meest waar schijnlijk moet worden geacht, zal de vijand zich tijdens zijn op- marsch zeker eenige dagen in den Indischen archipel bevinden, waarbij zijn weg voert door nauwere gedeelten en somtijds door- zeestraten. Nu is het voor onze vloot uit den aard der zaak van zeer veel belang zoo spoedig mogelijk van 's vijands komst op de hoogte te zijn. Eene verkenning aan de uiterste grenzen is, hoewel zeer gewenscht, - door de groote hoeveelheid materiëel, die daarvoor noodig zou zijn, onmogelijk. Daar vermoedelijk Java,, in het bijzonder het W.-deel, het object van den vijand zal zijn, is het echter niet noodig, dat de verkenningslijnen op alle plaatse.i aan de uiterste grenzen van den archipel liggen, maar zullen deze op sommige gedeelten meer naar binnen verplaatst kunnen worden. 4

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1921 | | pagina 4