bij een der landingsplaatsen in Oost-, West of Midden Java, den vijand spoedig het hoofd kan worden geboden door ten minste één Divisie, terwijl na een zoo spoedig mogelijke aantrekking van de beide andere, de indringer moet worden teruggeworpen. Gelukt dit niet, dan is de oorlog feitelijk reeds beslist en zal het verder voortzetten daarvan slechts beoogen, door een actief defen sief den krijg zoo lang mogelijk te rekken, in de hoop op den steun van een mogelijken bondgenoot, of op verandering in de interna tionale politieke omstandigheden, dan wel door een bij den vijand intredende ongunstige toestand, hem alsnog te slaan. Wij hebben bij het volgen van een dergelijke taktiek al zeer weinig doode weermiddelen noodig. Maar het ongestoord in bezit nemen van BATAVIA of SOERABAJA moet den vijand natuurlijk worden belet, daar het bezit van een dezer steden of van beiden, hem een al te groot voor deel zou bezorgen, daar hij dan zou beschikken over uitnemende bases om zijne operaties aan te vangen en wij, bij de poging hem daaruit te verdrijven, genoodzaakt zouden zijn eigen steden te vernielen. Door het beschermen van deze twee plaatsen moeten wij den vijand dus dwingen elders op een minder gunstige plaats te landen. Het is echter niet noodig dit te doen door middel van millioenen verslindende pantserforten, als men maar wil inzien dat geen dreadnought ter wereld het tegen een landfort kan opnemen, als dit van een gelijkwaardig kanon als het oorlogschip is voorzien. Daardoor is dit genoodzaakt op zoo grooten afstand te blijven, dat een bombardement op een zoo kleine oppervlakte als een kustfort beslaat, weinig of niets uithaalt. Zelfs enkele forten in beton uitgevoerd, mits goed bewapend, zullen reeds in staat kunnen zijn den vijand af te doen zien van een landing op de bedoelde plaatsen zelf. Te zorgen, dat deze forten niet van de landzijde worden aange tast, is de taak van het veldleger. Het is uiteraard hier niet de plaats uit een te zetten op welke wijze dit moet plaats vinden, genoeg zij het aan te geven, dat dit met behulp van tijdelijke werken kan geschieden, maar dat gere kend moet worden op vaste veiligheidsbezettingen van die stel lingen, waarvoor wij een sterkte van een bataljon van 1000 man uittrekken. Recapituleerende zou dus de sterkte van onze weermacht te land moeten bedragen Deze oppervlakte is bij een kustfort zonder pantsering niet zoo gering fAVALEGER "Brigade MAKASSER Brigade PADANG Comb, non-comb. 36288 8700 3892 860 3892 860 Transporteeren 44072 10420 50 Red.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1921 | | pagina 50