een oogpunt van volksopvoeding, om althans een klein deel der bevolking wèl te doen deelnemen aan den krijgsdienst. Indien het ons werkelijk ernst is (en daar valt niet meer aan te twijfelen), dat het ons doel is om langs evolutionairen weg en door associatie te komen tot een (in verre toekomst) onafhankelijke staat »Insulinde," dat is het in de eerste plaats noodig dat het volk beseft, ook te moeten bijdragen, tot de vorming en de instand houding van dien staat. Men bedenkt te weinig, dat de tienduizenden Inlanders, die na in het Leger gediend te hebben en in hun kampongs weder gekeerd zijn, er niet weinig toe bijdragen betere begrippen omtrent ons bij hunne rasgenooten te vestigen. Hierom, naast de economische eisch, dat de weermacht niet noodeloos kostbaar zij, is het gewenscht, een deel daarvan te doen bestaan uit militie, zoowel Europeesche als inlandsche. De vraag is slechts, hoe de verhouding te regelen tusschen het Europeesche en Inlandsche element en die tusschen vrijwilligers en militie. Zonder hier in uitwijdingen te willen vervallen over het waarom, zullen de deskundigen het wel met mij eens zijn, als ik den eisch' stel, dat de verhouding tusschen het Europeesche en Inlandsche element ten minste 1 3 a I 4 zal bedragen Deze verhouding toepassende op de verschillende wapens is het getal benoodigde Europeanen voor het voorgestelde veldleger Inf. Cav. Art. Genie Gew. AAitr. Mitr. Wielr. 7300 480 1140 510 530 540 440 Gen. Dienst 420 Brig. Makassar 800 Brig. Padang 800 Bez. Soerabaja 250 Bez. Batavia 250 E. kader voor Inl. Baton. 1400 of totaal 15720 man. Daar wij circa 8000 2) man Eur. militie op de been kunnen brengen, wordt dus een getal van 7720 man Eur. vrijwilligers vereischt. Stelt men nu een Java Brigade samen uit 1 Eur. Bat. (militie -j- vrijwilligers), Met uitzondering van het korps Maréchaussee, waarbij slechts Europe anen als onderofficieren zijn ingedeeld. Vijftien jaren geleden trachtte ik de noodzakelijkheid van het invoeren van Europeesche militie in de Indische Gids te betoogen. De Redacteur weigerde echter opname van het artikel, omdat o. a. daardoor onrust zou worden gewekt en een storm van verontwaardiging onder de Europeanen in Indië zou losbreken Met dien storm is het nog al losgeloopen en de E. militie is er! Les idéés marchent! Moge ik nog de invoering van het Barisanstelse! beleven 1

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1921 | | pagina 52