Iedere sectie is zoodanig uitgerust, dat zij in staat is om na genoeg alle pionierwerkzaamheden, die zich op het gevechtsveld kunnen voordoen, te verrichten. De manschappen van een sectie voeren de zoogenaamde ge reedschapsuitrusting van den man aan den lijve mede; deze bestaat per sectie uit o. a.21 schoppen, 4 patjols, 5 p'ikhou- weelen, 5 aksen, 3 telefoontangen, terwijl het kader timmermans- en petardeergereedschappen (dienende tot het boren van ^aten tot springladingen in gesteenten) met zich medevoert. Dit aan den lijve medegevoerde gereedschap maakt het der sectie reeds mogelijk, eenvoudig grondwerk (bv. het maken van loopgraven, het verbeteren van wegen) en opruimingswerk (bv. het vellen van boomen) te verrichten. Voorts beschikt iedere sectie over een gevechtstrein, bevattende een hoeveelheid instrumenten, gereedschappen, spring- en sein- middelen, benevens een kreebrug met toebehoorendeze artikelen nu vormen de zoogenaamde „technische velduitrusting" der sectie. Daaronder bevinden zich o. a. 1 kist met timmermansgereedschap, 75 K. G springgelatine met gewone en electrische ontstekingsmid delen, 1 kist met optische seinmiddelen, 1 pakpetardeergereedschap, 20 schoppen, 7 pikhouweelen, 2 staaldraadkabels, 400 M. touw (vlaggelijn) en 830 M. ijzerdraad van 2 m M. Deze artikelen zijn met het oog op een gemakkelijk transport doelmatig in pakken en kisten bijeengevoegd, zoodat er bv. 5 afzonderlijke kisten zijn, onderscheidenlijk voor het timmer mansgereedschap, de gewone ontstekingsmiddelen, de electrische ontstekingsmiddelen, de optische seinmiddelen, en de benoodigd- heden voor brugvernielingen. Bij splitsing van de sectie in twee onderdeden zal, aangezien de kisten niet deelbaar zijn, slechts één der onderdeden in staat zijn om te werken met de in die vijf kisten verpakte gereedschappen. Hiermede is aangetoond, dat bij de bestaande samenstelling der velduitrusting, de sectie genietroepen een technische eenheid is, die niet gesplitst kan worden, zonder dat haar arbeidsvermogen er aanzienlijk op achteruit gaat Dit neemt echter niet weg, dat in enkele uitzonderingsgevallen, zooals bij bv. zeer kleine vernielingen en opruimingen in het voorterrein, een verdeeling der sectie in kleinere onderdeden niet is te ontgaan en ook gewettigd is 2). Van iedere veldcie wordt de technische velduitrusting der le en 3e sectie vervoerd op 10 draagpaarden, die der 2e en 4e sectie op 2 treinkarren. Bij het vervoer op draagpaarden L? uitzondering, dat een deel van de sectie alle kisten tegelijk noodig heeft. 2) Vermeend wordt, dat de splitsing van de sectie in kleinere deelen zelfs veelvuldig zal voorkomen, ^ec(

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1921 | | pagina 2