Deze brug is, zooals een ieder weet, bijzonder geschikt om in korten tijd te worden geslagen over diep ingesneden rivieren met steile wanden ot over niet te breede (voor den gevechts- trein) ondoorwaadbare wateren. De overgang leent zich ook om afgespannen treinkarren, mits niet zwaarder dan 400K.G., over te brengen. Het benoodigde materieel heeft weinig gewicht, is dus gemakkelijk vervoerbaar. Een ploeg van 6 man kan in 1 3/4 uur de brug voltooien. De maximum-spanning bedraagt ongeveer 18 M. Behalve de secties genietroepen voert elk batal jon infanterie en iedere mitrailleurafdeeling een kreedek met foebehooren mede. En toch, nog nooit heb ik bij gevechts- en marschoefeningen daarvan gebruik zien maken De oorzaak van de geringe toepassing van de brug moet, ge loof ik, gezocht worden in het feit, dat men er te weinig mee bekend is en men het wel zoo gemakkelijk vindt, om bij oefeningen en manoeuvres gebruik te maken van reeds bestaande overgangen en niet te veronderstellen, dat deze ter plaatse onbruikbaar, zijn gemaakt, geheel in strijd dus met punt 2 M. V.„de troepen moeten worden verplaatst in toestanden, welke die van den oorlog het meest nabij komen.'' VII. DE BEWAPENING. In 1916 werd een begin gemaakt met de omwapening der genietroepende revolvers werden vervangen door karabijnen met bajonet, terwijl het instruktief kader, de telegrafisten en de miliciens bewapend werden met het pistool M. 11. De taschvoorraad bedraagt per karabijndragende 40 patronen, in den G. T. wordt ongeveer 2 X deze hoeveelheid medegevoerd. De kleine taschvoorraad wijst er op, dat de karabijn bestemd is voor de nabijverdediging of het voeren van een kort gevecht tegen zwakke vijandelijke afdeelingen. Door de veelomvattende en moeilijke opleiding der pioniers is het onmogelijk om bij hen dezelfde vuurdiscipline te verkrij gen als bij de infanterie. Het gebruik van pioniers als infanterie moet derhalve hooge uitzondering blijven, het wapen is boven dien te kostbaar om het lang aan groote verliezen door vijande lijk vuur bloot te stellen. Het gebruik van genietroepen als infanterie is alleen gewettigd als het gaato meen beslis sing van een gevecht en daarvoor elk beschik baar vuurwapen moet worden ingezet. VIII. PIONIERWERKZAAMHEDEN. a) Legering. Hetgeen de genietroepen in dit opzicht moeten kunnen uitvoe ren, wordt aangetroffen in deel II van het Handboek voor den Technischen Dienst van de Veldcompn. (H. T. D.)daarin 1) Dit laatste is wel het hoofdargument. 4 Red.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1921 | | pagina 4