Een militair internaat moet er niet zijn Wil men eischen, dat de geest in het leger de geest van het volk zal zijn, dan moet het aankweeken van een kastegeest, waartoe het militaire internaat ongetwijfeld leidt, worden voorkomen. Ook voor de studie is het internaat af te keuren; wel is waar wordt er in den laatsten tijd gewezen op de buitenlandsche „colleges," doch dit zijn in den regel weelderig ingerichte internaten, waar b. v. ieder student over één of twee kamers kan beschikken. Wel moet het stichten van particuliere internaten worden be vordert. De commissie meent, dat aan de Mil. Hoogeschool geen vrije studie moet bestaan. Waar de praktijk wel zal uitwijzen, dat het grootste deel van de militaire studenten met finantieele hulp van hei Rijk studeert, moet worden gevorderd, dit zij de lessen geregeld volgen en moet controle op de studie worden gehouden in den vorm van tentamens of anderszins. De commissie is van oordeel dat een goede controle zeer wel mogelijk is. Ook moet op voorstel van het docentencollege, een student, die niet studeert of die zich misdraagt, van de Hoogeschool kun nen worden verwijderd. De commissie is van oordeel, dat des zomers aan de studee renden een behoorlijke vacantie moet worden gegeven en dat b. v. in de maanden Juli t/m September wel detacheeringen en oefeningen kunnen plaats hebben, doch dat een groot gedeelte van dien tijd vacantie moet blijven. 2) De commissie acht het noodzakelijk, dat de leerkrachten aan de Mil. Hoogeschool vaste leerkrachten zijn. Men hoort wel eens de meening verkondigen, dat de leer krachten in mil. wetenschappen slechts eenige "jaren bij het on derwijs moeten werkzaam blijven, omdat zij anders in sleur zouden vervallen en het contact met den troep zouden verliezen.3) De commissie ziet niet in, waarom het mil. onderwijs in dit opzicht andere eischen zou moeten stellen dan het burgeronder- wijs. Het onderwijsgeven is een beroep, waarbij het meer dan bij eenig ander beroep er op aankomt, dat men zijn werk met volle toewijding doet. Daarom moet de docent in zijn onderwijs zijn levenstaak zien We zouden het zeer betreuren, als het mil. internaat werd afgeschaft men zie de vorige noten en het Voorwoord. Bovendien zij er de aan dacht op gevestigd, dat er bij de door de Commissie voorgestane wijze veel kans op „mislukkingen" is, hetgeen in strijd is met de zui nigheid en net rendement verkleint. Twee zaken van voldoende belan» om ernstig tegen te waken! De Commissie ziet dit zelf ook wel in en tracht een en ander te ondervangen door geen vrije studie toe te staan. Red. 2). Nemen we aan dat onder een groot gedeelte te verstaan valt 27, maand of 2 maanden, dan achten we dit veel meer, dan noodig is. Red- 3). Men zie vorige noten. Red. 56

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1921 | | pagina 56