met gebruikmaking van H. B. S. leerkrachten, de aangewezen
methode om hen de vereischte algemeene ontwikkeling het een
voudigst en zekerst bij te brengen.
Dit nadert intusschen reeds details, waarin ik mij niet wil
verdiepen.
De gewenschte methode: éérst verlofsofficier, dan beroeps
officier, zal in geenen deele de opleiding voor Indië in Hol
land schaden. Zelfs wordt nu de gelegenheid geopend, als in
Indië verlofsofficieren opgeleid worden of beroepsonderoffi
cieren de H. B. S.-ontwikkeling verkrijgen kunnen, hen aan
de Mil. Hoogeschool in Holland tot beroepsofficier te vor
men.
Ik eindig met een gelukwensch uit te spreken aan het adres
van de commissie, hopende dat de hoofdlijnen van het Plan als
juist erkend zullen worden.
Maar een enkel stuk traditie wil ik toch niet gaarne prijs
geven de naam „Academie".
Het lijkt mij een overdreven concessie, niet aan taalzuiveraars,
doch wel aan de mentaliteit van het Nederlandsche volk, om de
opleiding tot beroepsofficier in wat gedempt licht te stellen,
door dat nieuwe woord. Het oude is hetzelfde, al stamt het uit
een andere taal.
En het praedicaat
II.
Als van zelf wil ik nog een oogenblik doorspreken over het
Militair Onderwijs, al ligt dit ook buiten het Plan, al ligt het op
hooger plan dan de mil. Hooge School.
En wel n.a. van hetgeen de laatste tijden gepubliceerd is over
de H. K. S.
Met instemming lees ik in de April-aflevering van het I.M.T.
een protest tegen de artikelen van A. in de Preangerbode van
7 en 8 Febr. j. 1. Ik ken deze artikelen alleen uit het orgaan
(N. 1.0. Voverzicht van Maart. In hetzelfde nummer heb ik
reeds mijn meening gezegd over het plaatsen van dergelijke ar
tikelen in couranten en men zal dus begrijpen, dat ik v. R.
bijval, waar hij van oordeel is, dat A. ons daarmee geen dienst
heeft bewezen.
Doch bovendien wil ik in dit Tijdschrift, het protest van v. R.
een 'verlengstuk geven, door een der hoofdzaken uit A's arti
kel te beschouwen.
Het verwondert mij, dat A die overigens den indruk maakt
er wel iets van te weten er niet de aandacht op gevestigd heeft,
dat de H. K. S. opleiding nog vast zit aan een oud program,
zoowel h. 1.1. als N. I. L., getuige het vak Statistiek, dateerend
Evenzoo de vraag of er niet Javaansch en minder teekenen op het
programma kon staan.
66
