In het I. M.T. Jan. aflevering '17 komt een artikel voor, waarin door mij eenige veldbruggen zijn beschreven, w. o. een bamboe vlotbrug voor veldart. Waar wij nog steeds niet over ponton- materieel beschikken, moet een vlotbrug of schipbrug dienen om bij breede en diepe ravijnen zoo snel mogelijk van oever te verwisselen, altijd echter, wanneer het benoodigde hout of de bamboe voor de vlotten, of wel de vaartuigen voor de schipbrug, voorhanden zijn. Is dit materiaal niet verkrijgbaar, dan wordt de rivierovergang te velde (over breede en diepe rivieren) bij ons een zeer moeilijk vraagstuk In het bedoelde artikel heb ik eenige cijfers genoemd omtrent arbeidsduur en benoodigde werkkrachten. Er zij op gewezen, dat men bij het schatten van den arbeidsduur natuurlijk steeds de omstandigheden, waaronder gewerkt wordt, in aanmerking moet nemen. In het door mij beschreven geval kon de bamboe van betrekkelijk korten afstand worden afgevoerd. Toen een andere comp later op dezelfde plaats eenzelfde soort brug moest maken, had zij de materialen van verder afge legen plaatsen aan te voeren. Doordat de rivier banjirde, was het water breeder en dieper geworden, terwijl de stroom bo vendien aanzienlijk sneller was. Men kon dus tijdens het werk slechts tot korten afstand van den oever op den bodem van de rivier blijven staan. Duidelijk, dat deze comp. den door mij ge noemden arbeidsduur belangrijk overschreed Verder zij er de aandacht op gevestigd, dat de wijze van indeeling en een voortdurende controle op den arbeidsduur een belangrijken invloed uitoefenen. Een ploeg van 15 man is b. v. aan een bepaald onderdeel van het werk bezig en is zoover gevorderd, dat 8 man daarvan slechts met halve kracht kunnen werken of wel in het geheel niets meer te doen hebben on middellijk moet hier door den ploegcdt (c. q. door den leider) ingegrepen worden en de 8 man elders worden tewerk gesteld tot versterking van een ploeg, die haar taak nog lang niet gereed heeft. Ergens anders blijkt het bv., dat er te veel mannen bij een ploeg zijn ingedeeld, zoodat ze elkaar min of meer hinderen dadelijk moet dit door een andere indeeling der manschappen (overplaatsing naar andere ploegen) verholpen worden. De menschen van het luie slag moeten met zoodanigen arbeid belast worden, dat ze in de onmiddellijke nabijheid blijven van officieren. Kort om, met groote zorgvuldigheid moet er op gelet worden, dat alle handen voortdurend met volle kracht aan het werk blijven. Het hier medegedeelde klinkt" den lezer wellicht heel natuurlijk en gewoon, misschen zelfs naïef in de ooren, toch kan ik hiel de verzekering geven, dat zulk een leiding niet gemakkelijk is en dat er helaas verscheidene kundige officieren zijn, die een dergelijk Wanneer zal eindelijk onze pontonafdeeling, die wij zoo hard noodig hebben, opgericht worden? 7

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1921 | | pagina 7