(2).- Het tempo van bevordering is- echter t. o.-z. van dat bij
andere wapens of diensten in lijnrechten strijd met elk begrip
van billijkheid.
Ter demonstreering daarvan kan het volgende overzicht dienen,
dat de promoties tot kapitein v/m het jaar 1912 t/m heden (dus
over 10 jaar) weergeeft.
- Genie Art. Cav. Inf. Adm.
Na 6 jaar officier 4 0 °/0 0 °/0 0°/0 0 /0
7
8
9
10
11
12
13
14
20 0 0 0 0
40 3 n n n
2(1 16 0 0 0
8 11 33 0 4
8 8 25 17 4
0 18 25 24 4
0 14 17 28 0
O 30 O 31 88
De cijfers van deze tabel zijn verkregen door uit het nieuwste
officiersboekje de jaartalh n van het jaar waarin de kapiteins
promotie plaats had en dat van aanstelling tot 2e luitenant van
elkaar af te trekkenmaanden zijn dus buiten beschouwing gelaten.
Bij de Inf. zijn de promoties tot kapitein, die na 1 April j. 1.
plaats hadden (allen reeds na 10 jaar officier), niet medegerekend,
terwijl wel in aanmerking zijn genomen de 4 luitenants der Adm.,
die dit jaar weer zooals gewoonlijk z. g. kassian-kapitein na 1 4
jaar officier moeten worden.
Zeker is het hier op zijn plaats om nog even op te merken,
dat in procenten uitgedrukt de bevordering tot 1 en luitenant over
de laatste 10 jaar de volgende cijfers geeft:
Genie. Art. Cav. Inf. Adm.
Binnen 1 jaar 0 °/0 9 °/0 0 13 °/0 0 °/o
Na lj m go o/o 21 °/o 18 °/0 18 °/0 4 °/0
3\ 10 °/0 70 °/0 182 °/0 69 °/o 96 °/0
Het is hier alweder de Adm., die het hoogste percentage na
3 a 4 jaar heeft. ri
Daar de vorige L. Comdt. in den Volksraad heeft verklaard, dat
de adm. - officieren de minste kans hadden om hoofdofficiei te
worden, zullen we over de promotie tot hoofdofficier maar
zwijgen.
(3). De officieren der Adm. zijn thans door de van kracht zijn
de tractementsregeling, waarbij de periodieke verhoogingen parallel
1 oppen met de toename van het aantal dienstjaren en waarbij
het rangverschil2 e - 1 e Luitenant en le Luitenant-
K a D i t e i n van-twee officieren met een gelijk aantal dienstjaren
37
M