Alzoo geen starre formatie in die rangen.
Ongetwijfeld zal het dan kunnen voorkomen, dat een officier
een commando krijgt, hetwelk volgens de tegenwoordige begrip
pen eigenlijk voor een kapitein of hoofdofficier is weggelegd.
Dit is geen bezwaar en geschiedt thans ook. Het is&geen
zeldzaamheid, cat de luitenant over een compagnie of batterij,
de kapitein over een korps het bevel voert en het maakt waar
lijk geen verschil uit of een compagnie, batterij of eskadron door
een luitenant van 27 jaar, dan wel door een kapitein (ritmeester),
van denzelfden leeftijd wordt gecommandeerd.
Anderszijds kan- het in dit systeem voorkomen, dat er eenige
kapiteins en hoofdofficieren meer zullen worden benoemd, dan
waaraan organiek behoefte bestaat.
Er moet echter zooveel mogelijk gebroken worden met het
verfoeilijke kassianstelsel.
Met opzet gebruiken wij de woorden „zooveel mogelijk,"
omdat dit euvel aangezien wij allen maar menschen zijn toch
niet geheel de kop kan worden ingedrukt. Er wordt ten dezen
reeds veel bereikt, indien den voor bevordering ongeschikt
gebleken officieren na hunne passeering wordt veroorloofd
desverkiezend nog drie, twee dan wel een jaar door te
dienen in den laatstbekleeden rang, naar gelang deze rang
kapitein, majoor of luitenant-kolonel was.
Thans wordt het oordeel maar al te vaak in verzachtenden zin
beïnvloed wijl men er voor terugschrikt om den beoordeelde
bij wijze van spreken „op straat" te zetten.
In verband met de eigenaardige verhoudingen in het leger is,
volgens velen, dit doordienen uit den booze en strookt zulks in
het geheel niet met hunne n. o. m. ouderwetsche opvattingen.
Wij zijn het hiermede niet eens; vooral het leger èn de betrok
kenen zouden met dezen maatregel gebaat zijn
Deze gepasseerde officieren kunnen in de Buitenbezittingen,
zoowel als op het Departement van Oorlog, nog zeer nuttig werk
verrichten.
De bevordering tot kolonel zou voor alle wapens en daarvoor
in aanmerking komende dienstvakken geregeld kunnen worden
naar die bij de infanterie volgens de verschillende bestaande
formaties.
De benoeming tot Opperofficier blijft op denzelfden leest
geschoeid als thans gebruikelijk 2).
Vergeten wij niet, dat de carrière van de officieren der ver-
Men zie nog eens het artikel van Sanitas „Een geneesmiddel" 1. M. T.
1917 blz. 189 en „Vlugge en trage bevordering" door P., I. M. T. 1921
No. 4. Red.
2). Wordt het geen tijd, dat de Generaals uitsluitend door den Comman
dant van het Leger en deze door den Landvoogd worden benoemd'
Red.
46