Den 3en April wordt aan Foch, instede van de^ „coordination"
de „direction stratégique des opérations militaires opgedragen
den 14en d. a. v. krijgt hij den titel van „Général en Chef."
Oogenblikkelijk maakt hij van zijn bevoegdheden gebruik om
een innige samenwerking in alle sectoren te bevorderen en ook om
zijn „masse de manoeuvre" te vormen.
Dan volgt den 9en April het D. offensief in Vlaanderen op het
punt, waar den volgenden dag 2 vermoeide, Port. divisies zouden
worden afgelost.
Tegen de le Br. armée rukken de IV en VI D. (Sixt von Armm en
von Quast) op op den lOen is ook het 2e Eng. leger (Plumer) in
den strijd gewikkeld, welke zich voor de Gealliëerden ernstig laat
aanzien, waar de saillant Yperen op den rechtervleugel zwaar
bedreigd wordt. Haig ziet af van ieder offensief op de Somme
Foch blijft echter nog bij zijn voornemen van een offensief door
Debeney op de lijn Moreuil Demuin, mits de Eng. zich slechts
vastklampen aan hun front in Vlaanderen.
Tegelijkertijd worden de nieuw georganiseerde Fr. korpsen
de 10de arm^e onder Maistre en de 5de armée onder Micheler ten
N. van de Somme gebracht. Maar de aanval van de D. oor
spronkelijk waarschijnlijk alleen als een diversie bedoeld neemt
dusdanige vormen aan en heeft een dusdanig resultaat, dat hij
van een secundaire tot een hoofdaanval uitgroeit met Calais als
doe!.
Foch moet daardoor van zijn voorgenomen offensief afzien, doch
steunt nu de Eng. rechtstreeks met Fr. troepen (een Cav. korps en
2 Divisies), noodigt de Belgen uit met alle beschikbare troepen de
Eng. te helpen, laat de inundaties van Duinkerken tot St. Omer
voorbereiden. Den 13en krijgt het 10e leger (Maistre) bevel zich
gereed te houden tot den tegenaanval op D. troepen, die de Eng.
linie geforceerd mochten hebben. Haig verzoekt herhaaldelijk,
dat de Fr. een deel van het Eng. front zullen overnemen, doch
Foch weigert zeer beslist: de Fr. troepen zullen
steunen, doch zich niet laten binden aan sectoren de „réserve a
manoeuvrer" moet behouden blijven.
De D. blijven terrein winnen er zijn thans zooveel Fr. troepen
Noordwaarts gedirigeerd, dat een afzonderlijk commandement
noodig blijkt (de Mitry).
Den 24sten gaat de Mont Kemmel verloren, maar de Saillant
Yperen blijft behouden. Voortdurend steunen nieuwe Fr. Divisies
de Eng.; op 30 April zijn 10 Fr. Divisies en 3 Cav. divisies naar
Vlaanderen gedirigeerd.
En danden 29sten April herhaalt zich hetzelfde als
bij Amiëns
de D. stootkracht is uitgeput, de groote aanval loopt dood in
kleinere, tactische gevechten. Maar het geheele gewicht der Fr.
reserves is in den slag geworpen en een nieuwe D. poging dreigt,
7