Blijkbaar heeft men van geallieerde zijde een zoodanigen aanval op den Chemin des Dames niet verwacht, althans de linie was betrekkelijk licht bezet, met slechts zwakke, zich juist van den strijd herstellende Divisies ais reserve tusschen Aisne en Marne. Ic. vanaf 27 Mei. De Aisne en de Marne. Den 27sten Mei breekt de aanval los, buitengemeen goed voor bereid eerst 26 Mei in den namiddag verkreeg de Maud'hui de eerste zekere aanwijzingen, dat de aanval den volgenden morgen te 3 uur zou plaats hebben buitengemeen geheim gehouden. Het Vilde D. Leger (von Boehm) valt aan tusschen de Oise en Berry au Bac het 1ste leger (von Below) tusschen Berry au Bac en Reims. Hier tegenover staan 8 Fr. en 3 Br. Divisies onder Duchesne. De resultaten van de eerste dagen overtreffen alles wat tot nu toe werd bereikt den 27sten wordt de Aisne overschreden en de Vesle bereikt op 28wordt de aanval voortgezet op 29 vallen Soissons en Fère-en-Tardenois den 30sten wordt de Marne bereikt en vastgehouden tusschen Chateau-Thierry en Dormans. Derhalve op verschillende plaatsen meer dan 50 K.M. in 4 dagen De spoorlijn Paris Nancy over Chalons is afgesneden; de Duitscher is nog nimmer zoo dicht bij Parijs geweest. Enhet tot nu toe nimmer ernstig geslagen Fr. leger heeft een ernstig échec geleden. Dadelijk beveelt Foch het 10de Leger gereed te houden den 30sten wordt het in beweging gesteld de Eng. en Belgen zullen hun front moeten uitbreiden de Staf van het 5de Leger (Micheler) wordt naar Gouraud gedirigeerd om daar het Co te nemen over een groep Divisies, die de Montagne de Reims krachtig moeten vasthouden. Het 10de Leger wordt gedirigeerd op Villers-Cotterets en op Compiègne de beide draaipunten voor een aanval op de D. flanken waren gevormd. Want de geïmproviseerde manoeuvre, die tot over de Vesle reikte en den „Drang nach Paris" weer belichaamde, ging voor de D. een verre van ongevaarlijke situatie scheppen. Hoe verder de D. voortrukten, hoe dieper deze derde zak werd, mits zij zak bleef. En daarvoor was noodig, dat, waar de deur der Fr. linies open geloopen was, de beide pijlers van den ingang in Fr. handen bleven Reims en het bosch van Villers-Cotterets. Kon, hierop steunende en hierom draaiende, de tegenaanval op de flanken worden ingezet, dan waren beide D. legers in een val geraakt met een rivier in den rug. De groote vraag werd nu, waaruit deze „reserves a manoeuvrer" voor den flankaanval te putten 9

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1921 | | pagina 9