Het vorenstaande toont duidelijk aan, dat het overzetten van troepen bij Bajabang een reusachtigen tijd zal kosten en dat zulks bij oefeningen op de kaart, tenzij de Leider aanneemt dat daar een brug is, terdege in het oog moet worden gehouden. ben belangrijke tijdsbesparing voor het overzetten der troepen zal zeer zeker worden verkregen door gebruikmaking van een vlot- of pontonbrug. Daar staat echter tegenover, dat het maken van een vlotbrug zeker veel meer tijd zal kosten. Zeer interessant zou het zijn ook eens eene oefening in dien geest te houden, al zal dit door de zeer groote hoeveelheid materiaal vrij hooge kosten medebrengen. Bij het vorenstaande werd geen rekening gehouden met door de tegenpartij getroffen maatregelen om den overgang te betwisten. Daardoor zouden de moeilijkheden buitengewoon toenemen, omdat het aanvoeren der overgangsmiddelen langs het eenige pad zoo niet belet, dan toch zeer ernstig bemoeilijkt kon worden. Steeds zal rekening moeten worden gehouden met het aanvoeren der benoodigde overgangsmiddelen, aangezien er geen van de bevolking worden gevonden Eenige technische b ij zonderheden omtrent de veerpont b ij BAJABANG. Aangenomen werd, dat een /2 comp. G. met versnelde middelen van vervoer vóór de colonne was uitgezonden om bij Bajabang een overgang over de Tjitaroem te maken. In werkelijkheid kwam die i/p comp! van TJIBEBER en had een vrij vermoeienden marsch af te leggen van de halte SELA-DJAMBE naar de rivier (14 KM. geaccidenteerd terrein), alvorens de werkzaamheden konden wor den aangevangen. Hoe het zij, de G. kwamen te 1.30 n. m. te Bajabang aan, terwijl den volgenden ochtend te 8 u. v. m. de Art. voor de Tjitaroem zou staan om te worden overgezet. In verband met het achterblijven van den keukenwagen kon eerst anderhalf uur later met werken worden begonnen. Het detachement was sterk: 2 offn, 3 Eur. ond.-offn, 3 brigadiers (waarvan 1 menagem.), 4 Inh. korpls, 8 Eur. en 67 Inh. genie soldaten (waarvan 2 koks, 2 kamerwachten, 1 ziekenverpl. en 1 oppasser offn). Aangezien er in de omgeving slechts zeer dunne bamboe groeide (4 tot 8 c.M. dik), z. g. „bamboe apoes," werd besloten het vlot hiervan te maken. (Dit was ook de reden waarom geen vlotbrug gemaakt kon worden, omdat dan alleen voor drijvers en dek al 3500 bamboes zouden zijn benoodigd geweest; ook was de be schikbare tijd hiervoor veel te kort). Wel waren er eenige stoelen z. g. bamboe gombong (1012 c.M. dikte), welke uitstekend te De k.g. Bajabang zou in oorlogstijd o.i. althans wel een deel van het materiaal kunnen leveren. Red. 46

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1921 | | pagina 52