Elke et.-inspectie plaatst derhalve op de standplaats van de Reo-.-afd. een et.-aanvangspost, waarvan het hoofd o. in. de bela ding der verschillende transportmiddelen regelt. In beginsel gaan dus alle voorraden over de Reg.-afd. In ver band met de ev. verspreide ligging van verschillende depots en concentratiehospitalen zal het meermalen gewenscht zijn, dat het vervoer van troepen, zieken en gewonden, zoomede paarden en andere dieren niet bij den et.-aanvangspost begint of eindigt, doch dat middels zijverbindingen een rechtstreeksch verkeer van die depots en hospitalen met de hoofdverbindingslijn plaats heeft. De verkeersregeling geschiedt van en tot die inrichtingen door de betrokken et.-inspecteur en met onder hem gesteld pers. en mat. Die inrichtingen zijn dan et.-aanvangspunten, wat niet ver ward moet worden met de bovengenoemde et.-aanvangsposten. Het kan zelfs voorkomen, dat bepaalde voorraden uit z. g. pri maire magazijnen rechtstreeks op de etappenlijn gebracht moeten worden. In dat geval geschiedt de geheele verkeersregeling eveneens door den et.-inspecteur, terwijl het mogelijk en noodza kelijk kan zijn die magazijnen onder den D. E. V. te plaatsen. Nogmaals wijs ik er op, dat het zich vastklemmen aan maximes nooit in de bedoeling heeft gelegen. De practijk zal steeds moeten uitmaken in hoeverre van de aangenomen beginselen moet worden afgeweken. Die beginselen zelf zijn echter de fundamenten van het stelsel en als zoodanig onaantastbaar. Wijzigt men die be ginselen, dan zal ook het stelsel veranderd moeten worden. Ik meen echter te hebben aangetoond, dat die beginselen zijn vast gesteld aan de hand van de op Java heerschende toestanden en in verband met de verschillende factoren, die op die toestanden in vloed uitoefenen, zoodat wijziging van die beginselen bezwaarlijk zal zijn door te voeren. Ten slotte nog iets over de verpleging van de Legercavalerie. De Majoor de Wit komt bij zijne beschouwingen tot de conclusie, dat aan die cav. een B. T. van eenige lichte bakauto's en eenige motorrijwielen en een A. T. bestaande uit een autoverpl.-trein beladen met één dag levensmiddelen organiek moet worden toegevoegd, eveneens een standpunt, dat in het N. I. leger juist is verlaten. Nu moet een B. T. zoodanig georganiseerd zijn, dat hij den troep overal kan volgen. Zijn waarde wordt anders zeer betrekkelijk. Het is nu geble ken bij de uitwerking van een opdracht, die aan de Legercav. in derdaad zou kunnen worden opgedragen, dat reeds na enkele K. M. de uit auto's bestaande B. T. niet meer kon volgen, terwijl de wer kingssfeer van die cav. in dit geval nog 50 K.M. meer naar voren lag. Verder is er nog een andere factor, waarmede rekening moet worden gehouden. De Legercav. ageert gewoonlijk buiten en 28

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1921 | | pagina 28