Zij organiseert hare verplaatsingen zoodanig, dat zij steeds in
staat is vorenvermelde taak te vervullen, hoe ook het vooruitgaan
der inf. zij.
Uit de omstandigheid, dat de art. aan de inf. den weg baant,
volgt, dat zij op het gevechtsveld een omvangrijke taak heeft,
welke zeer verschillende combinatiën in het gebruik van het
materieel vergt.
De Commandanten van alle eenheden, waaraan art. is toege
voegd, moeten daarom daaraan steeds duidelijke en volledige
bevelen geven en de uitvoering van die bevelen van den aan
vang af en gedurende alle gevechtphasen controleeren.
Gebruik.
Het gebruik der art. is gebaseerd op het verkrijgen van
1. Overmacht om den aanval te vergemakkelijken; deze over
macht wordt niet alleen verkregen door het in werking brengen
van sterke krachten, maar ook door concentratie (cursiveering van
het voorschrift) daarvan op de aangevallen doelen
2. dieptewerking, waardoor elke aanval zoo ver kan worden
voortgezet als overeenkomt met de plannen van den A. B.
3. continuïteit, die snelheid in het op elkaar volgen der ver
schillende aanvallen op de achtereenvolgende doelen mogelijk
maakt, waartoe een vooruitbrengen der art. in verband met de
vorderingen der int', noodig.
De voorwaarden er van worden geregeld in bevelen, die het
gebruik der art aangeven voor, tijdens en na den aanval. Wan
neer men naar verrassing streeft, kan het gebruik der art. voor
den aanval worden beperkt.
Bepaling van de doelen en tactisch
gebruik van het vuur.
Grondslag voor het gebruik vormen de resultaten der verken
ningen.
A. Battn en—uitk ij k en waarnemingsposten
op aarde en in de lucht. De art. moet den strijd met de
vijandelijke art. aanvangen om haar te vernietigen of te neutrali
seeren zij moet de waarnemingsposten vernielen of door rook
maskeeren. Deze strijd wordt voor, tijdens en na het gevecht
voortgezet. Het vuur op de waarnemingsposten moet vooral
tegen het einde van het tijdperk van voorbereiding van den
aanval worden opgevoerd. Het wordt afgegeven met B. G. om
alle communicatie af te snijdenmet rookgranaten om de obser
vatie onmogelijk te maken met bijzondere projectielen (giftige
gassen, traanverwekkende gassen), meer in het bijzonder voor
het neutraliseeren, wanneer terreinen weer het gebruik mogelijk
maken.
2
