voorschijn komen, indien zij niet onder vuur wordt gehouden. Hiertoe dient het begeleidend- en het beschermend vuur. Het begeleidend vuur heeft tot doel den aanval der Inf. on middellijk te steunen, door de verdedigers van het aangevallen gedeelte te beletten de loopgraven te bezetten en mitrs in het terrein op te stellen (granaattrechters, enz.), en door voor de eigen inf. een gordijn te vormen, waarachter zij kan vooruit dringen, zoo dicht mogelijk bij dat gordijn blijvende („en serrant sur les obus"). Het vuur bestaat uit le. rollend afsluitingsvuur, afgegeven door de lichte veld-art., in veranderlijk tempo, zich verplaatsende, naarmate de inf. veld wint (de snelheid wordt voor de verschillende gevechtphasen geregeld naar het terrein en hetgeen van den vijand is waar genomen) het vuur wordt afgegeven met B. G. S. 2e. vuur van lichtveldgeschut met G. K. op verdedigers van granaattrechtersde benedengrens van dit vuur komt overeen met de bovengrens van het rollend afsluitingsvuur. Wanneer de inf. bij intermediaire doelen moet halt houden, om orde en verband te herstellen, gaat dit vuur in staand vuur over, dat gelegd wordt op 200 M. vóór de opstelling der troepen en deze moet beschermen tegen tegenaanvallen en de passage de ligne moet maskeerendaarbij wordt niet heviger gevuurd dan strikt noodig is. De verbindingen worden tevens gecontroleerd. Hetzij op een vastgesteld uur, hetzij op verzoek der inf. gaat het weder in vooruitgaand vuur over om opnieuw te veranderen in staand vuur, zoodra de inf. het gestelde doel heeft bereikt, en zulks om deze in de gelegenheid te stellen zich daar te versterken. Voorbij dat doel zal de art. bepaalde terreingedeelten kunnen insluiten om het aan inf.-afd. mogelijk te maken verkenningen uit te voeren of raids op vijandelijke battn. Nadat deze onder nemingen zijn afgeloopen, wordt weder een vaste barrage vóór de veroverde stelling gevormd, of wel, wanneer de inf. opnieuw vooruitgaat, wordt wederom rollend afsluitingsvuur afgegeven. Het beschermend vuur wordt op bepaalde doelen afgegeven buiten de zone van het begeleidend vuur. Het heeft ten doel: de punten van waar de vijand den aanval kan waarnemen, te maskeerende flankementsinrichtingen te maskeerende aangevallen zone af te sluiten op alle toegangen (loopgraven, 6

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1921 | | pagina 6