nierwerkzaamheden, de vermoedelijke art. stellingen mocht niet ontaarden in een regelmatige volgorde waarin de verschillende doelen onder vuur genomen werden. Vaak nam men zijn toe vlucht tot plotselinge vuurovervallen van bivak-plaatsen gedu rende den nacht. Zoo werd het |ap. hoofdkwartier genoopt Litsun te ontruimen en werd het art.-park te Tunglitsun in een paar dagen met een 40-tal granaten beschoten. De daardoor aangebrachte schade schijnt echter gering geweest te zijn. Aan beide zijden beproefde men een kabelballon te benutten, doch zag daar spoedig weer van af. Ter zee beschoten op 15.5 tot 14 K. M. de oorlogsschepen Huit- schuenhoek, dat zelf niet verder dan 13,5 K. M. kon vuren duidelijk bewijs, dat men ook bij kust-art niet met handige redeneeringen kan goed praten, wat aan dracht te kort komt. Op die groote afstanden had echter de aanvaller te veel spreiding en daardoor naar verhouding van het verschoten munitie-gewicht weinig uitwerking. Op 14 Oct wist de comdt der batt. op Huitschuenhoek de elevatie te vergrooten en daardoor een dracht van 14,22 K. M. te bereiken, met het succes, dat de Triumph geraakt werd Geleidelijk voltooiden de Jap. hun battn, terwijl de inf. zich voorwaarts groef. De Jap. werkten van 's avonds tot den volgenden morgen, de Eng slechts tot 11 uur, aldus een duide- lijken kijk gevend op wat leerboeken „het karakter van den bondgenootschappelijken oorlog" plegen te noemen. Op 31 Oct., de verjaardag van den Mikado, werd bij het aan breken van den dag het eerste schot der algemeene beschieting gelost en wekte een ongewoon gehuil van een nieuw projectiel de bewoners van Tsingtau 2). In elk der beide eerste etmalen werden 7600 projectielen door de Jap. verschoten. In de volgende dagen ongeveer de helft. Voor details omtrent de vuurregeling zij verwezen naar de extra bijlage van het I. M. T. Het laatste stadium. Men vraagt zich wellicht af, of (en ook voor Bandoeng zou een dergelijke vraag kunnen rijzen) of het wel goed gezien was Tsing tau te verdedigen: de beslissing toch moest in Europa vallen. Bij de beantwoording vergete men vooral dit niet: het land, waarvan 26 De opgedane ervaring kwam der „Triumph" voorde Dardanellen later te pas. In „With the Fleet in the Dardanelles" by Rev. H. W Price wordt hierop gewezen; hoewel de voorstelling eenigszins onjuist is: „She had learnt to distrust silenced forts." -). Men noemde dit „Import", terwijl het gegier der over de havenstad geschoten projectielen van Hsiauniwa als „Export" werd aangeduid. Zoolang Jan Fuselier, Tommy Atkins, Jean Qouiu en hoe ze verder heeten, nog zin voor humor houden, is de geest goed en kan er wal gedaan worden.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1922 | | pagina 26