collega's i)- Wel staat daar de geringere troepensterkte waarvoor hij te zorgen heeft, tegenover (op Java een Br., elders een Div.), doch wat beteekent dit! Indien volop over de noodige hulpmid delen beschikt wordr, doet het er immers weinig toe, of men met 10 heeft te vermenigvuldigen of met honderd. Op de eerste vraag echter (hoe het komt, dat wij nog geen Vpl- offn kennen) is moeilijker een antwoord te geven. Het eenige wat daarop geantwoord zou kunnen worden is, dat men vermoedelijk de bezwaren aan de uitoefening van den verplegingsdienst ver bonden, bij ons tot nog toe veel te licht heeft geschat, en dat men in mindere mate dan bij andere legers, doordrongen is geweest van de groote beteekenis van de legerverpleging, zoowel voor de gevechtsvaardigheid als voor het moreel der troepen. Tot staving van die bewering het volgende: De verpleging te velde is bij ons leger steeds in vollen omvang uitgeoefend door de Br. Intn. Het is nog niet zoo heel lang geleden, dat de Br. Int. bij de manoeuvres zelfs zorg had te dragen voor den inhuur van transportmiddelen. Zonder te beschikken over geoefend personeel, had hij te voorzien in den aanvoer van achte ren, zorg te dragen voor plaatselijke aanschaffingen, het beheer te voeren over voorraden, toezicht te houden op het slachten, en soms ook op het bakken van brood. Die taak werd zoo goed en zoo kwaad als het ging volbracht, soms met gunstig, maar in de meeste gevallen met slecht gevolg. Tenslotte leidden de regelmatig na afloop der manoeuvres terug- keerende klachten tot verbeteringen. Schoorvoetend werd eenig personeel toegestaan (vroeger heerschte de opvatting dat een „handig" intendant zich wel kon redden met eenige langs den weg opgeraapte koelies)de inhuur van- en de betaling voor trans portmiddelen werd aan personeel van den Trein opgedragen, en eindelijk kreeg de Br. Int. de beschikking over een adjunct, een magazijnmeester, conducteur, schrijver, en een verplegingstroep, zoomede over een personen-auto. Nu had de Int. toch hulp genoeg, meende men, en moest de verpleging wel goed gaan. Het ging ook beter; de klachten ver minderden aanzienlijk, doch, iedere groote manoeuvre was een nieuwe demonstratie van de veel te zware taak, welke den Br. Intn op de schouders is gelegd. Trots de weken ja, dikwijls maandenlange voorbereiding, en den korten duur van de manoeu vres, gelukte het den Br. Intn in den regel slechts ten koste van de Ik Iaat hierbij de bijzondere praestaties van de Int. diensten van verschillende legers gedurende den jongsten oorlog buiten beschouwing De strijd werd toen dikwijls in onherbergzame oorden, welke voordien ontoegankelijk werden geacht, gevoerd. In Europa zal echter zeer dikwijls gebruik gemaakt kunnen worden van inkwartiering met voeding, terwijl op het platteland veel verplegingsbehoeften als hooi, haver, aardappelen, groenten enz. worden aangetroffen. 21

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1922 | | pagina 21