de berekeningen (voor de geheele Br.) uit te voeren, dat is het werk van den Int. niet. Men bedenke hierbij ook, dat als hij zeil uitmaakt, wat aan den troep verstrekt moet worden, hij niet kan volstaan met het slechts voor de verschillende korpsen in hun geheel uit te rekenen, want dan weten de kw.-meesters niet, hoe zij het ontvangene over de compn hebben te verdeelem Neen, m. is dit een verwerpelijk systeem. Brengt nu de eenheidsverpakking daarin nog eenige verande ring? Volstrekt niet. Bij de verstrekkingen aan de Korpsen en zeer zeker bij die aan de compn, moet de eenheidsverpakking aangebroken worden1), moeten de betrokkenen dus toch weten, op hoeveel kilogrammen, liters enz. aanspraak bestaat. Naar m. b. m. worden alle moeilijkheden voorkomen, door de Vpl.-offn aansprakelijk te stellen voor den voorraad levensmiddelen in den B. T. en door aan die officieren het opmaken van de bons op te dragen. De C.-comdtn kunnen daar dan volkomen op ver trouwen, omdat de Br. Int. uitteraard die bons zal controleeren en de kans op vergissingen zal nagenoeg nihil zijn. Tenslotte nog een enkel woord over de wijze van aanvragen van levensmiddelen enz. door den Br. Int. Ik behoeft wel niet meer te herhalen, dat ik er voorstander van ben, de plaatselijke hulpbronnen nogmaals, ze mógen dan wei nig te beteekenen hebben voor de verpleging van het leger te benutten. Zal dat echter een hinderpaal vormen voor den ge- regelden aanvoer van achteren? Ik geloof het niet. Ons verpiegingsstelsel dient daarop gebouwd te zijn, dat de verpleging uoor den aanvoer van achteren volkomen verzekerd is, en dat hetgeen plaatselijk, dus binnen het operatiegebied verkregen wordt, als een meevaller, een toevallige bate wordt beschouwd. Ik stel mij voor, dat daartoe op de volgende wijze te werk kan worden gegaan. Evenals in Fr., zullen ook bij ons, teneinde op alle gebeurlijk heden voorbereid te zijn, aan de Eindstations r e s e r v e-v oor raden levensmiddelen moeten worden opgelegd 2), doch het is volstrekt geen vereischte, dat die hoeveelheden precies twee, drie of meer rantsoenen vormen. Wèl verdient het gemaks halve aanbeveling, dat de Et. Int. dagelijks, of om de twee dagen, een hoeveelheid van achteren toezendt, overeenkomend met de Dit zou slechts te voorkomen zijn, indien de verpakking voor een deel in zeer kleine colli plaats vond, doch dan gaat het nut van de eenheidsverpakking voor een groot deel verloren, terwijl iéder zal inzien, dat het emballeeren bij de Reg. Afd. dan met recht titanen-ar beid genoemd mag worden. 2). Qeheel eens, ook res. munitie en res. kleeding (vooral schoeisel nu de man slechts over een paar zal beschikken). Red 33

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1922 | | pagina 33