verplegingssterkte van de Br., doch er is niets op tegen, dat de Br. Intn slechts datgene ontvangen, wat zij werkelijk noodig hebben, of het meer ontvangene naar het Eindstation terugzen den 'j. Zoodra., dan aan dat E. S., de voorraad van eenig artikel grooter wordt dan noodig is, geeft de Administrateur E. S. daarvan kennis aan den E. Int., en deze laat voor éénmaal de toezending van dat artikel achterwege, of zendt een geringere hoeveelheid. Zoodoende is het voor den Br. Int. slechts zaak, den E. Int. t ij d i g te laten weten, dat een of ander aan spoedig bederf zijnd artikel door plaatselijke aanschaffing ver kregen kan worden. Dit is echter eenvoudig genoeg. Er wordt b. v. gemeld: voor 20 en 21 dezer geen sajoer-groenten benoodigd, of tot nader bericht geen gras op te zenden, enz. Ik kan mij niet voorstellen, dat zulks verwarring tengevolge kan hebben. A. DE WIT. 3. NASCHRIFT OP No. 2. Na mijn naschrift op het eerste gedeelte van het art. van Majoor De Wit, kan ik mij thans bepalen tot enkele aanvullingen op het in dat naschrift geleverd betoog. Daar de taak van den Br. Int. een geheel andere wordt, dan S. zich die denkt, zal ook de werkkring van de verpl.-offn een andere zijn, dan door hem is aangegeven. Met den Majoor De Wit acht ik het instellen van verpl.-offn noodzakelijk. In den oorlog en vooral op dagen, dat er gevochten wordt, zal het voor de troepenoffn meermalen onmogelijk zijn om zelfs maar Je minste zorg aan de verpleging van den troep te wijden. Toch moet aan de verpleging de noodige zorg worden gewijd, omdat het verwaarloozen er van de slagvaardigheid in korten tijd zou doen verdwijnen. De taak van den Br. Int., zooals die in mijn vorig naschrift is omschreven, is zoo veel omvattend, dat hij daarbij den steun van verpl.-offn niet zal kunnen ontberen. Deze zullen moeten optreden als ontvangers en distributors in engeren zin van de verschillende verpl.-artn, terwijl hun gewoonlijk de controle over de belading van de B. Tn. en dikwijls zelfs de controle over en de regeling van de meeste verpl.-aangelegenheden zal moeten worden opgedragen. Ook zullen zij in bepaalde gevallen door aankoop van sommige artn in het klein de taak van den Br. Int. kunnen verlichten. Van deze aankoopen stelle men zich echter vooral niet te veel voor. In het operatiegebied zal als regel niet veel te koopen zijn. Zoo de bevolking al niet gevlucht is, zal Zoo geshiedde ook in Nederland, waar de toestand bovendien veroor loofde aan de Troepen Coradtn de grootst mogelijke vrijheid-binnen zekere grenzen te laten, in hetgeen zij aan den troep wenschten te' verstrekken. 34

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1922 | | pagina 34