Het vervoer op de et.-lijnen heeft in beginsel plaats met versnelde middelen spoor en bij afwezigheid daarvan de auto. Het aantal spoorwegen en voor autoverkeer geschikte wegen nu, welke van de R. E. P. naar het operatiegebied voeren, is op Java uiterst beperkt. Zelfs bij de meest intensieve beveiliging zullen deze wegen, vooral in de nabijheid van het operatiegebied, aanhoudend bloot staan aan vernieling door den vijand (ik denk hier in de eerste plaats aan vliegeniers), terwijl het zeer twijfelachtig is of de wegherstellingen en reparatiën aan materieel hierin tijdig zullen kunnen voorzien. De mat. voorzieningen in vredestijd geven hierop al zeer weinig hoop! Voor wat betreft de spoorwegen vindt deze bewering steun in de bijdrage XIV W.J. der 1. K. V. '20. Ik citeer hieruit: „Ten einde een begrip te krijgen, wat een vernieling der kunst werken beteekent, zij vermeld dat de vernielde brug over de Maas bij Namen eerst tegen Sept. 1914 was hersteld." Wanneer vaststaat, dat onze berglijnen uiterst kwetsbaar zijn (zie blz. 177 W. J. '20) en dat het herstellen van vernielde kunstwerken, niet het minst door ons isolement in tijd van oorlog, met groote moeilijkheden zal gepaard gaan, daar meen ik te mogen aannemen, dat vertragingen in het spoorwegvervoer van meer dan een etmaal nog wel eens zullen voorkomen. Het bovenstaande geldt ook voor onze autowegen, waarbij nog komt, dat het veelvuldig verkeer van lastauto's in korten tijd de wegen zoodanig zal bederven, dat rekening moet worden gehouden met een voortdurende en tijdroovende herstelling van zwakke punten, welke in eiken autoweg in het bergland voor komen (zie blz. 5 van het door Kapt. T. ter raadpleging aan bevolen „Taschenbuch für den Train- und Verplegungsoffi- zier"). Een verplegingsstelsel moet dus rekening houden met de kans dat de toevoer van verplegingsartn langs den et.-lijn voor minstens eenige dagen wordt stop gezet. Het is nood zakelijk, dat deze kwade kans zooveel mogelijk wordt gedekt door een veiligh.-coëff. Hoe langer de et.-lijn, des te grooter deze noodzaak. Met mogelijke stagnaties van meer dan een vol etmaal heeft ook de Comm. rekening gehouden, want in verband met de kwetsbaarheid der verbindingen, zal het kunnen voorko men (ik spatieer), dat de et.-dienst meerdere rantsoenen zoo ver mogelijk op de et.-lijn vooruitschuift en deze rantsoenen aldaar hetzij geheel, of ged., in tijdelijke magazijnen oplegt, dan wel in mobielen toestand beschikbaar houdt." Tegen deze maatregelen geldt het bezwaar, dat zij: 1ste niet de grootst mogelijke zekerheid geven tegen de gevolgen eener stagnatie en 2de een toevallig karakter dragen en niet in het vpl.-stelsel zijn opgenomen. 15

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1922 | | pagina 15