die twee belangrijke factorenterrein en verbindingen ter dege rekening houdt Samenwerking. De samenwerking tusschen inf. en art. komt vervolgens ter sprake. Punt 5 zegt: „Ofschoon de art. z. v. m. optreedt buiten het werkdadig vuurbereik van geweren en mitrs zal zij altijd met de inf. in nauwe verbinding moeten blijven, aangezien het haar voornaamste plicht is om, onafhankelijk van omstandigheden, ten allernauwste met die inf. samen te werken op doeltreffende wijze". en Punt 49: „Het al of niet slagen van den aanval hangt in hooge mate af van de samenwerking tusschen inf. en art. Daar om moet van het begin van de ontwikkeling af steeds de nauwste verbinding worden onderhouden, terwijl het gevecht geleidelijk voortschrijdt en steeds tot den stormaanval toe, moet de verbin ding inniger worden. De art.-comdt zal in overleg met den inf.- comdt vaststellen, op welke wijze de rechtstreeksche samenwer king zal plaats hebben, of hij zal aan de art.-afdn., welke hier voor in aanmerking komen de inf.-afdn aanwijzen, waarmede zij zullen hebben samen te werken en het noodige rechtstreek sche overleg doen plegen. Alle middelen om tot samenwerking te geraken moeten worden uitgeput en ten aanzien van de uit voering mag niets over het hoofd worden gezien. Onder bepaal de omstandigheden kan het voorkomen dat de samenwerking wordt geregeld door den A. B." Hieruit blijkt dat zeer veel waarde wordt gehecht aan eene goede samenwerking. Daarom mag er wel speciaal de aandacht op worden gevestigd, dat in het voorschrift nergens sprake is van het stellen van de art. onder de bevelen van eene inf.-comdt. Zelfs wordt als uitzonderingsgeval die mogelijkheid niet over wogen. Kan het beginsel in zijne algemeenheid als juist worden erkend, vooral ter wille van de eenhoofdige art.-leiding, toch zijn n. m. m. zeer goed gevallen denkbaar, dat het niet alleen mogelijk, maar zelfs noodzakelijk is, om de art. onder de bevelen van den inf.- Comdt te stellen. Dat het reglement bijv. voorschrijft, dat de Comdt der voorhoede-art. zijne handelingen regelt naar de voor nemens van den Voorhoede-comdt is m. i. verkeerd. De Comdt van de voorhoede-art. behoort onder de bevelen van den Comdt der voorhoede te staan en het woord „voornemens" in den vorigen zin zou moeten luiden „bevele n". Schr. bedoelt hiermede, dat er naar gestreefd moet worden, het gevecht te voeren onder voor het gebruik der art. gunstige omstandigheden, dus in terrein, waarin de centralisatie kan worden doorgevoerd Red' 36

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1922 | | pagina 36