Is dus in het eerste geval uitsluitend door den wil van den A. B. de samenwerking verzekerd; in het tweede geval kan de wil van den vijand de samenwerking verbreken i). Toch wil het bovenstaande geenszins zeggen, dat door de verschillende wapens niet ten allen tijde met alle middelen er naar moet worden gestreefd de onderlinge verbindingen tot stand te brengen en te onderhouden doch wel, dat het beginsel moet zijn: Is samenwerking door groepeeren van krachten te verkrijgen laat het dan niet in de eerste plaats op de verbindingen aankomen. En dit beginsel mis ik in het Japansch voorschrift 2) Wèl leest men nog over de samenwerking: „Het is de voornaamste plicht van de art. om, onafhankelijk van de omstandigheden, ten aller nauwste met de inf. samen te werken op doeltreffende wijze". „De verschillende art.-comdtn moeten vóór en gedurende het gevecht z. n. met de comdtn van andere afdn in verbinding blijven en hun onverwijld berichten, hetgeen hun waarneming heeft opge leverd ten aanzien van 's vijands toestand, den terreinvorm en al het andere, dat van invloed kan zijn op het gevecht. Daartoe moet een doeltreffend gebruik worden gemaakt van alle soorten van berichtmethoden en verbindingsmiddelen en de meeste promptheid en nauwkeurigheid worden betracht. De telef. leent zich zeer goed voor het overbrengen van berichten, doch is dikwijls onderhevig aan storingen, daarom moet zij niet alleen worden gebruikt enz." Alles zeer juist en waar; er zou zelfs nog meer in dien geest over zijn te schrijven, maar het is niet de quintessence„the point"! Een zin als: „De A. B. regelt de samenwerking door de groe peering" raakt de kern. Uit het vorenstaande blijkt duidelijk het groote voordeel van eenheid van bevelvoering bij de art., omdat daardoor de A. B. in staat is onmiddellijk de samenwerking te regelen naar de omstandig heden. Een kort bevel van den A. C.: „Batterijen A. en B.-vuur overbrengen open een nieuwe samenwerking is verkregen tusschen die inf.- en art.-afdn welke zijn aangewezen om een zelfde doel te bereiken. Het moreel. Een andere factor van belang in het voor schrift, en wel de bespreking waard, is de groote waarde aan een De vijand zal door zijne maatregelen tijdens het gevecht op de u i t- van de samenwerking invloed kunnen uitoefenen, onver schillig op welke wijze de samenwerking is tot stand gebracht. Wellicht dat in het Jap. Gevechtsvoorschrift hierover het noodige is opgenomen, doch het beginsel had dan toch in dit art. voorschrift ook moeten zijn vermeld. Onze G. H. bepaalt zich tot de algemeene opmerking „Innige samenwerking van alle wapens is eene hoofdvoorwaarde voor de bereiking van het gevechtsdoel". 38

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1922 | | pagina 38