7. DE DUITSCHE EN FR. SCHIETV00RSCÏ1RIFTEN
door L. J.J.M. TABBERS.
Nu, naar verluidt, de invoering van een nieuw S. V. 1. voorde,
deur staat, is het wellicht niet ondienstig, eens mede te deelen,
hoe twee voorname mogendheden van den Wereldoorlog de
schietopleidfng hebben geregeld.
A. Uit „Instruction Prov. sur la pratique du
t i r" (du 1 Septembre 1920).
Het „Rapport au ministre" vermeldt o.a.Het schietvoorschrift
vormt in zekeren zin het derde deel van het reeds verschenen
Inf. reglement.
Het stelt buiten werking
1. het schietvoorschrift der Inf. van 1905; 2. id v/d geweer-
mitr. M. 15 van 1916; 3. de instructie granaten van 1916; 4. de
id opleiding granaatwerpers 1919, 5. het schietvoorschrift der
Cav. 1911 terwijl het schieten met den zwaren mitr. in een
afzonderlijk boekje wordt geregeld.
Het S. V. S. is verdeeld in 1ste: geweer en karabijn; 2de:
geweermitrailleur; 3de: pistool en revolver; 4de: hand- en
geweergranaten.
Afzonderlijke bijvoegsels zijn nog gewijd aan de Cav. en de Genie.
De oorlog heeft getoond, aldus het rapport, dat, wat vroeger
onder gezamelijk vuren verstaan werd, uitzondering is geworden.
Tevens is de noodzakelijkheid gebleken, meer eenheid van op
vatting in de schietopleiding vast te leggen dan in het voorschrift
van 1905 geschiedde De in 1. g. voorschrift aangegeven vrijheid
van handelen der C. Cn acht het nieuwe voorschrift, m. i. terecht,
uit den booze. Het wil eenheid in de opleiding. (We zullen
de laatsten zijn, die het ingewikkelde schietbijbeltje, volgens
hetwelk wij thans moeten oefenen, verdedigen doch het heeft
althans dit voordeel, precies aan te geven, wat verlangd
wordt en hoe de opleiding dient te geschieden. In het S. V. S.
1908 ontbrak daaraan heel wat, terwijl het in de kwestie juist
heid-snelheid nóch vleesch nóch visch gaf).
Het rapport geeft voorts uitdrukkelijk aan, (en ik zal den Fr.
,ekst hier herhalen) waarop de opleiding gericht moet zijn
,L'instruction du tir au fusil (au mousqueton) qui reste l'arme
'de la majorité des combattants, conserve par suite une impor
tance capitale. La partie de l'Instruction sur la pratique du tir,
qui lui est consacrée, a été rédigée avec la préoccupation domi
nante de former des tireurs de précision capables
de faire du tir a tuer (spatieering van het voorschrift). Pour
éviter la nervosité, nuisible a la précision, tous les mouvements
du tir doivent être exécutés avec souplesseles positions du
tireur, prises sur une simple indication, en partant de n'im-
porte quelle position préaiable, régulière ou non,
doivent assurer le maximum de stabilité et d'aisance.
35