2. Bij elke half-comp. wordt telkens één g. mitr. ingedeeld. De 8 groepen der beide sectiën schieten om beurten in vereenigd optreden met dezen g. m. en met in te deelen granaatwerpers (indien de oefening van dit personeel ver genoeg is gevorderd). 3. De oefeningen eenvoudig te nemen en het oprukken der groepen (b. v. 2 tegelijk) volgens de nieuwe tactische regels te doen beoefenen. (De rest kijkt toe). Wellicht zijn de schiet- terreinen er niet geheel op ingericht, doch ,,one can try to make the best of it". De groep kan b. v voorstellen een afdeeling, die een brug, etappelijn of riviervak bewaakt, als gevechts beveiliging, veldwacht of zijpatrouille is uitgezonden, deel uitmaakt van een aanvallende of verdedigende linieals convooi-, trein-, art.- of mitr.-dekking optreedtkantonnements- of bivakwacht (b. v. bij nacht) voorstelt enz. enz. Veronderstellingen te over. Men neme de afstanden niet grooter dan 309 a 400 M. en make een ruim gebruik van alle dekkingen, die het terrein oplevert. Men raseere niets, behalve in het voorterrein van een veronderstelde verdedigingstelling. En wijl een en ander in absoluten strijd is met de wijze, waarop thans volgens S. V. I. het gezamelijk gevechtsschieten wordt beoefend, worde eerst (het spreekt van zelf) toestemming van hoogerhand gevraagd, om van S V. I. af te wijken. Over de hedendaagsche Feuerwirkung deelt het D. schiet- voorschrift o. a. het volgende mede. 1. Tegen alleenstaande, kleine doelen (het hedendaagsch gevecht biedt nagenoeg geen andere) is een goed schietresultaat slechts tot 400 M. met waarschijnlijkheid te verwachten 2. Van groote, ook moreele, uitwerking, is flankeerend vuur. 3. Vuuropening als regel op Co. v/d Groepscommandant, soms (bij boschgevechten enz. of bij doelen, die men vooruit weet, slechts kort te zullen zien) op initiatief van den man. 4. Het geweervuur niet eerder te openen dan wanneer 1 o o n e n d e uitwerking is te verwachten. Het vuur der Art., zw. en I.m. gaat aan het geweervuur vooraf. Ik zoude nog tal van nuttige wenken uit de Fr. en D. voorschriften kunnen aanhalen, doch zal het bij het bovenstaande laten. Ieder, die een goed inzicht wil krijgen in de beginselen van het hedendaagsch vuurgevecht, raden wij de lezing dier beide boekjes ten sterkste aan. Want het zijn geen eenzijdige, kunstmatige beschouwingen over schietterreintactiek, die men onder de oogen krijgt, doch beelden uit den huidigen krijg, uitkomsten van oorlogservaring. Moge het nieuwe schietvoorschrift van ons wapen er een worden in den geest van de hier besprokene. 44

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1922 | | pagina 44