5 transportschepen, waarop 5 bats Inf., 4 veldbattn en 1 afd. Gendarmen (Graevenitz spreekt van 8 transportschepen) waren ondertusschen, beveiligd door 4 oorlogsschepen en 7 torp. booten, in den nacht van 9/10 April met gedoofde lichten naar Macabez gestoomd, waar 2 v. de ontscheping werd begonnen. Het eerste échelon bestond uit Marine land. div. en 1 comp. Genie, welke onmiddellijk de noodige maatregelen namen tot vergemakkelijking van de verdere ontscheping. Men had gehoopt het fort Bu Chamesh reeds denzelfden dag te kunnen bezetten het slechte weer en de ongunstige kustgesteldheid vertraagden echter de ontscheping Toch gelukte het vóór donker de troepen aan wal te zetten, terwijl daarna de ontscheping van voorraden aanving en na 4 dagen de geheele macht ontscheept was. Eerst den 14en had een vijandelijke aanval plaats. De opmarsch naar het binnenland geschiedde eerst den 23en April. De bezetting van Rhodos op 4 Mei 1912. (schets VII en VIII). Aangezien de Porte, niettegenstaande het bezetten van de voornaamste kustplaatsen van Tripolis en Cyrenaica, ongenegen was vrede te sluiten, wenschte de Italiaansche regeering nog grooteren druk op haar uit te oefenen door de bezetting van de Dodecanesos. Het eiland Stampalia (Astropalia) was reeds den 15en April bezet en daarna ingericht tot basis van de vlootvan dit eiland uit, dat 2 zeer goede ankerplaatsen aanbood, kon het geheele Oostelijke deel der Middellandsche Zee worden beheerscht. Ook het eiland Rhodos, het grootste en belangrijkste dier groep, moest worden bezet en de stad van gelijken naam in de eerste plaats. Zij telde 10000 Grieksche inwoners en had een garni zoen ter sterkte van 1200 man en 2 bergbatt., terwijl in totaal 1600 man Turksche troepen op het eiland aanwezig waren. Teneinde de geheele onderneming geheim te houden, werden de troepen (voornamelijk uit Cyrenaica) in Tobruk verzameld; de sterkte bedroeg: 9 bat. Inf. (w. o. Bersaglieri en Alpini), 5 afd. Mitr., 2 veld- en 2 bergbatt., 1 pel. Cav., 2 comp. Genie, 1 seclie Telegfr. afd., 2 radiostations, 1 afd. Gendarmen, 1 veldhospitaal van 100 bedden, 1 idem van het Roode Kruis en de noodige verplegingsafdeelingen, in totaal 8000 man. Tot commandant werd aangewezen Gen. Ameglio, die zich in de Cyrenaica naam had gemaakt. Door den Gen. Staf was een boekje met verschillende gegevens omtrent land en volk uitgegeven en aan iederen officier verstrekt. De inscheping had den lsten Mei plaats; den daarop volgen den dag na zonsondergang vertrok de vloot, bestaande uit 7 transportschepen (Streffleur geeft aan 6) met een tonneninhoud van 26000 ton en begeleid door het 2de eskader (4 slagschepen en kruisers, 4 torp, jagers en meerdere torp. booten) uit Tobruk. 30

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1922 | | pagina 30