Teneinde deze plaats niet ontijdig te verraden en tevens de aandacht van den vijand in een verkeerde richting te trekken werd Zeira, een oord tusschen Slitten en Misrata gelegen en ook Slitten zelf gedurende korten tijd bevuurd. Den 15en Juni kwam de vloot voor anker en begon den vol genden dag 3 v. onder stormachtig weer de ontscheping bij Marsa Bu Sceifa en in de baai, onmiddellijk Zuid van K. Zorug (de Italiaansche lezing geeft aan, dat de troepen 7 v. aan wal waren). Het beveiligende eskader stelde voor de ontscheping 90 sloe pen en 12 vlotten beschikbaar. Het eerste échelon bestaande uit 1 bat. Marine land. div. en 1 comp. Inf. bezette 6 v. Sidi Bu Sceifa en kort daarop de hoogte bij K. Zorug; daarna werd ook de kleine oase Zorug bezet. In den namiddag van dien dag waren 2000 man ontscheept, welke de ingenomen lijn versterkten (de land. div. op de vleu gels) en onbeduidende aanvallen moesten afslaan. Ook de verdere ontscheping van de Art. en voorraden, welke den 22en geheel was afgeloopen, werd niet bemoeilijkt. De opmarsch naar het binnenland had den 7en Juli plaats (Streffleur en Graevenitz geven aan 8 Juli). Bezetting van Zuara op den 5en Augustus 1912. (schets VI). Deze plaats met hare kleine reede was reeds meermalen door oorlogsschepen bezocht, welke opnemingen verrichtten en haar bombardeerden. In de 2de helft van Dec. 1911 was getracht een landing te bewerkstelligen (Streffleur geeft aan begin Jan. 1912); 2 regimenten waren te Agosta ingescheept en vertrokken den 23en Dec. uit de haven, doch bij het passeeren van K. Passaro werd de vloot door een geweldigen storm uit elkaar gedreven. Den 25en waren de schepen weer in Tripolis verzameld evenwel liet de zeer hooge zee geen ontscheping toe, waarop bevel werd gegeven weer naar Agosta terug te stoomen, alwaar op 2930 Dec. de schepen—op enkele na, welke te Tripolis waren achter gebleven en eerst later aanslotenzich weer verzamelden. Op gunstige weersgesteldheid wachtende, liet men de troepen tot den 14en Jan. aan boord; toen deze hoop niet werd vervuld, werden zij te Syracuse en Catania ontscheept1 esk. Cav. was kort te voren naar Tripolis vervoerd. Den 17en Jan. werd Zuara weder gedurende eenige uren gebombardeerd, doch met weinig succes, aangezien de bezetting zich in de duinen had ingegraven en de bevolking naar het binnenland was gevlucht. In begin April had de demonstratie plaats, welke voren is behandeld. Het werd echter noodzakelijk geacht den aanvoer van uit Tunis te verhinderen en werd daarom uit tactische en politieke overwegingen besloten Macabez te bezetten en van deze plaats uit, tegen Zuara op te treden. 33

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1922 | | pagina 33