de gelegenheid worden gesteld zich verder te bekwamen. Aan
hen toevertrouwde paarden zullen op de meest economische wijze
worden verpleegd en geoefend.
Op de kosten zou kunnen worden bespaard door de paarden
niet meer aan de offn te verkoopen, doch ze in beperkten eigendom
af te staan.
In het voorgaande is nog geen sprake geweest van door offn
particulier (dus niet uit den troep) aangekochte paarden. Hoe
meer particuliere paarden hoe voordeeliger voor het Land; zij
komen in mindering van het aantal, dat door het Gouvernement
beschikbaar moet worden gehouden.
Resumeerende zal, indien het gewenscht wordt geacht het
vraagstuk van de off.-dienstrijpaarden opnieuw aan de orde te
stellen, de daarbij te volgen werkwijze moeten zijn:
le. vaststellen van een lijst van offn, die in tijd van oorlog
bereden moeten zijn met een of twee paarden, te onderscheiden in
a. degenen die goed bereden moeten zijn,
b. degenen die het paard uitsluitend als vervoermiddel be
hoeven
2e. de offn sub la moeten Austr. paarden hebben, die in
vredestijd reeds aanwezig moeten zijn (plus eenige reserve);
de offn sub 1 b kunnen inheemsche paarden gebruiken, die
bij mobilisatie worden gevorderd.
3e. de in vredestijd aanwezige Austr. paarden moeten aan offn
in verpleging en oefening worden gegeven.
RUITER.
10. DE AAN- EN AFVOER BIJ EN DE VERPLEGING
VAN HET VELDLEGER IN OORLOGSTIJD.
Niet ten onrechte wees ik in mijn art. „Verplegingsaangelegen-
heden op de moeilijkheid om zich een zuiver oordeel te
vormen over de voorstellen van de Comm. tot herz. van het
Trein en Et-wezen, waar daaromtrent nog zoo weinig in bijzon
derheden bekend was geworden want werkelijk bleek mij uit
de uiteenzettingen van den Hr Tismeer in diens „Naschrift",
dat ik mij in menig opzicht, zoowel van den ontworpen Et.-dienst
zelf, als van de overwegingen der Comm. een onjuist denkbeeld
had gevormd.
Met dat al zijn mijn inzichten, wat de voornaamste punten
betreft, niet gewijzigd, en ik veroorloof mij daarom de bezwaren
door den Hr Tismeer daartegen ingebracht, nog even in nadere
beschouwing te nemen, daarmee slechts beoogend, het belang
der zaak te dienen.
Zie December-afl. 1921.
50
